![]() |
|
TekenreeksfunctiesMet tekenreeksfuncties kunnen tekens op verschillende manieren worden gemanipuleerd. ASCIIHiermee wordt een tekenreeks met een enkel teken geconverteerd naar de bijbehorende ASCII-code, tussen 0 en 255. Syntaxis: ASCII (character_expression) waarbij:
Als de tekenexpressie naar meerdere tekens evalueert, wordt de ASCII-code geretourneerd die overeenkomt met het eerste teken in de expressie. BIT_LENGTHHiermee wordt de lengte van een opgegeven tekenreeks in bits geretourneerd. Elk Unicode-teken heeft een lengte van 2 bytes, wat gelijk is aan 16 bits. Syntaxis: BIT_LENGTH (character_expression) waarbij:
CHARHiermee wordt een numerieke waarde tussen 0 en 255 geconverteerd naar de tekenwaarde die overeenkomt met de ASCII-code. Syntaxis: CHAR (n_expression) waarbij:
CHAR_LENGTHHiermee wordt de lengte van een opgegeven tekenreeks in aantal tekens geretourneerd. Spaties voor en na de tekenreeks worden niet meegeteld. Syntaxis: CHAR_LENGTH (character_expression) waarbij:
CONCATEr bestaan twee varianten van deze functie. De eerste variant schakelt twee tekenreeksen aaneen. De tweede variant gebruikt de samenvoegingsoperator van de tekenreeks om meer dan twee tekenreeksen aaneen te schakelen. Syntaxis variant 1: CONCAT (character_expression1, character_expression2) waarbij:
Syntaxis variant 2: string_expression1 || string_expression2 || ... string_expressionxx waarbij:
Voorbeeld: Account."Account Name" ||'-'|| Account."Account Location" Het resultaat ziet er als volgt uit: Action Rentals - Hoofdkantoor INSERTHiermee wordt een opgegeven tekenreeks op een opgegeven locatie in een andere tekenreeks ingevoegd, waarbij een opgegeven aantal tekens in de doeltekenreeks wordt vervangen. Syntaxis: INSERT (character_expression1, n, m, character_expression2) waarbij:
LEFTHiermee wordt een opgegeven aantal tekens links van een tekenreeks geretourneerd. Syntaxis: LEFT (character_expression, n) waarbij:
LENGTHHiermee wordt de lengte van een opgegeven tekenreeks in aantal tekens geretourneerd. De lengte wordt geretourneerd zonder volgspaties. Syntaxis: LENGTH (character_expression) waarbij:
LOCATEHiermee wordt de numerieke positie van de ene tekenreeks binnen een andere tekenreeks geretourneerd. Als de tekenreeks niet wordt gevonden, retourneert de functie LOCATE de waarde 0. Als u een startpositie wilt opgeven om de zoekactie te beginnen, gebruikt u in plaats daarvan de functie LOCATEN. Syntaxis: LOCATE (character_expression1, character_expression2) waarbij:
LOCATENHiermee wordt de numerieke positie van de ene tekenreeks binnen een andere tekenreeks geretourneerd. Deze functie is identiek aan de functie LOCATE, behalve dat de zoekactie begint bij de positie die is opgegeven door een argument met een geheel getal. Als de tekenreeks niet wordt gevonden, retourneert de functie LOCATEN de waarde 0. De te retourneren numerieke positie wordt bepaald door het eerste teken in de tekenreeks te tellen als positie 1, ongeacht de waarde van het argument met het gehele getal. Syntaxis: LOCATEN (character_expression1, character_expression2, n) waarbij:
LOWERHiermee wordt een tekenreeks naar kleine letters geconverteerd. Syntaxis: LOWER (character_expression) waarbij:
OCTET_LENGTHHiermee worden de bits van een opgegeven tekenreeks geretourneerd in basis-8-eenheden (aantal bytes). Syntaxis: OCTET_LENGTH (character_expression) waarbij:
POSITIONHiermee wordt de numerieke positie van een tekenreeks binnen een andere tekenreeks geretourneerd. Als de tekenreeks niet wordt gevonden, retourneert de functie 0. Syntaxis: POSITION (character_expression1 IN character_expression2) waarbij:
REPEATHiermee wordt een opgegeven expressie n maal herhaald, waarbij n een positief geheel getal is. Syntaxis: REPEAT (character_expression, n) REPLACEHiermee worden opgegeven tekens in een tekenreeks vervangen door andere opgegeven tekens. Syntaxis: REPLACE (character_expression, change_expression, replace_with_expression) waarbij:
RIGHTHiermee wordt een opgegeven aantal tekens rechts van een tekenreeks geretourneerd. Syntaxis: RIGHT (character_expression, n) waarbij:
SPACEHiermee worden spaties ingevoegd. Syntaxis: SPACE (integer) waarbij:
SUBSTRINGHiermee wordt een nieuwe tekenreeks gemaakt die begint vanaf een opgegeven aantal tekens in de oorspronkelijke tekenreeks. Syntaxis: SUBSTRING (character_expression FROM starting_position) waarbij:
Voorbeeld: SUBSTRING ('ABCDEF' FROM 3) Heeft als resultaat: CDEF TRIMHiermee worden opgegeven tekens voor of na een tekenreeks uit de tekenreeks verwijderd. Syntaxis: TRIM (type 'character' FROM character_expression) waarbij:
OPMERKING: de syntaxis TRIM (character_expression) is ook geldig. Hiermee worden alle spaties voor en na de tekenreeks verwijderd. UPPERHiermee wordt een tekenreeks naar hoofdletters geconverteerd. Syntaxis: UPPER (character_expression) waarbij:
|
Gepubliceerd op oktober 2016 | Copyright © 2005, 2016, Oracle. Alle rechten voorbehouden. Legal Notices. |