Afdrukken      PDF-versie openen van online-help


Vorig onderwerp

Volgend onderwerp

Een filter ontwerpen

U kunt benoemde filters maken die u steeds opnieuw kunt gebruiken in analyses en dashboards. Door een opnieuw te gebruiken benoemd filter te maken, maakt u de analyses en dashboards die u en anderen hebben ontworpen consistenter én gemakkelijker te creëren.

Ga als volgt te werk om een benoemd filter te maken:

  1. Open het menu 'Nieuw' op de startpagina van Analytics en kies 'Filter'.
  2. Selecteer in het dialoogvenster 'Onderwerpgebied selecteren' het onderwerpgebied waarvoor u een filter wilt maken.
  3. Dubbelklik in het deelvenster 'Onderwerpgebieden' van de Filter-editor op een kolom waarvoor u het filter wilt maken.
  4. Kies een operator voor het filter in het veld 'Operator' van het dialoogvenster 'Nieuwe filter'. De lijst met operatoren waaruit u kunt kiezen wordt met items gevuld op basis van het type kolom dat u hebt geselecteerd.
  5. Geef een of meer waarden op die u wilt gebruiken bij het toepassen van het filter of de conditie in het veld 'Waarde'. U kunt het volgende doen:
    • Waarden typen, waarbij u een puntkomma gebruikt om de waarden van elkaar te scheiden.
    • Waarden selecteren in de lijst of kalender.
  6. Klik op 'Zoeken' in de keuzelijst om specifieke waarden te zoeken. Het dialoogvenster 'Waarden selecteren' wordt geopend. Hierin kunt u waarden zoeken en selecteren.
  7. Klik op de knop 'Meer opties toevoegen' als u een SQL-expressie, sessievariabele, opslagvariabele of presentatievariabele aan het filter wilt toevoegen. Als u de waarde van het filter instelt met een SQL-expressie of een variabele, moet u het veld 'Waarde' leeg laten.
  8. Schakel het selectievakje 'Filter beschermen' in om te voorkomen dat de filterwaarde wordt overschreven door een overeenkomende promptwaarde of wanneer de gebruiker naar een ander rapport in de analyse navigeert. Wanneer u van het ene naar het andere rapport navigeert binnen een analyse, kunnen promptwaarden die u in het eerste rapport hebt opgegeven worden overgedragen naar het tweede rapport.
  9. Als u het filter wilt converteren naar SQL-instructies, selecteert u het vakje 'Dit filter converteren naar SQL'.

    Het dialoogvenster 'Geavanceerde SQL-filter' wordt weergegeven.

    Opmerking: dit is een eenrichtingsconversie. Nadat u de optie 'Dit filter converteren naar SQL' hebt geselecteerd, kunt u het filter niet langer bekijken en bewerken in het dialoogvenster 'Filter bewerken'.

    Nadat u het filter hebt geconverteerd naar SQL-instructies, kunt u het filteritem alleen bekijken en bewerken als SQL-instructie in het dialoogvenster 'Geavanceerde SQL-filter'.

  10. Klik op 'OK' als u klaar bent met het opgeven van de criteria voor het filter.
  11. Klik op 'Opslaan'.
  12. Ga in het dialoogvenster 'Opslaan als' naar een map waarin u het filter wilt opslaan, voer de naam in (maximaal 512 tekens), vul (optioneel) een omschrijving in en klik op 'OK'.


Gepubliceerd op augustus 2018 Copyright © 2005, 2018, Oracle. Alle rechten voorbehouden. Legal Notices.