Afdrukken      PDF-versie openen van online-help


Vorig onderwerp

Volgend onderwerp

Veldbeheer

In Oracle CRM On Demand kunt u de volgende veldbeheertaken voor de verschillende recordtypen uitvoeren:

Wanneer u aangepaste velden maakt of velddefinities bewerkt, kunt u standaardwaarden voor het veld opgeven die van kracht worden wanneer nieuwe records worden gemaakt. U kunt ook opgeven dat veldvalidatie voor het veld wordt uitgevoerd om te controleren dat het veld een bepaalde waarde heeft.

Velden kopiëren

Voor de meeste recordtypen in Oracle CRM On Demand is een kopieerfunctie aanwezig waarmee gebruikers de huidige record kunnen kopiëren waarmee ze aan het werk zijn. Wanneer een gebruiker op de pagina met recordgegevens op de knop 'Kopiëren' klikt, wordt een nieuwe recordpagina geopend. Deze nieuwe recordpagina bevat alle velden die kunnen worden gekopieerd. Gebruikers kunnen deze velden wijzigen en opslaan.

OPMERKING: wanneer u de knop 'Kopiëren' gebruikt, wordt alleen de basisrecord gekopieerd, niet het gerelateerde item voor de onderliggende records.

Wanneer u de functie 'Kopiëren' gebruikt, zijn de volgende beperkingen van toepassing:

  • Webkoppelingen, ingekorte velden, systeemvelden, adresvelden, berekende velden en referentievelden kunnen niet worden gekopieerd. Voor deze items is het selectievakje 'Kopiëren ingeschakeld' niet beschikbaar.
  • Alleen-lezen velden kunnen niet worden gekopieerd. Alleen-lezen velden zijn velden die tijdens de veld-setup of in de lay-out van velden zijn ingesteld als 'Alleen-lezen'.
  • Velden die niet beschikbaar zijn in de schermlay-out van een gebruiker, kunnen niet worden gekopieerd.
  • De volgende velden voor bijlagen kunnen niet worden gekopieerd:
    • Bijlage
    • Bijlage: bestandsnaam
    • Bijlage: grootte (in bytes)

U kunt velden kopiëren met behulp van de knop 'Kopiëren' op de pagina's met recordgegevens in Oracle CRM On Demand. U kunt deze instelling inschakelen via het selectievakje 'Kopiëren ingeschakeld' op de pagina 'Veldbeheer' van de sectie 'Aanpassen van de toepassing' in Oracle CRM On Demand. Zie De instelling 'Kopiëren ingeschakeld' beheren voor meer informatie over de manier waarop u kunt aangeven welke velden in Oracle CRM On Demand kunnen worden gekopieerd.

Verplichte velden

U kunt velden om verschillende redenen definiëren als 'Vereist'. Het kan in uw bedrijf bijvoorbeeld verplicht zijn dat voor elke serviceaanvraag gegevens over de oorzaak van de aanvraag worden bijgehouden. In dat geval geeft u op dat het veld 'Oorzaak' voor serviceaanvragen vereist is. Wanneer vervolgens een record wordt gemaakt of bijgewerkt, en opgeslagen, valideert de toepassing dat het veld 'Oorzaak' niet leeg is.

Als u een veld definieert als 'Vereist', wordt validatie afgedwongen via alle interfaces, inclusief de gebruikersinterface, webservices en gegevensimport.

De velden die op de pagina 'Veld bewerken' zijn gedefinieerd als vereist, zijn verplichte velden voor alle gebruikers, ongeacht de rol die aan hen is toegewezen. Als u een veld alleen verplicht wilt stellen voor een bepaalde rol, bewerkt u de desbetreffende paginalay-out voor velden die nog niet verplicht zijn. Zie Statische paginalay-outs aanpassen voor meer informatie over het bewerken van paginalay-outs.

Voorwaardelijk verplichte velden

U kunt een veld zo configureren dat het veld voorwaardelijk vereist is. Het veld is niet standaard vereist maar wordt vereist als de gegevens in andere velden voor de record voldoen aan bepaalde criteria. Zie Voorwaardelijk verplichte velden voor meer informatie.

Alleen-lezenvelden

In de volgende situaties kunt u velden definiëren als 'Alleen lezen':

  • Velden van externe bonnen. Als in uw bedrijf bijvoorbeeld de kredietwaardering van een account in een extern systeem wordt bijgehouden, zult u de kredietwaardering waarschijnlijk regelmatig willen bijwerken door 's nachts nieuwe waarden te importeren, terwijl het veld in de gebruikersinterface 'Alleen lezen' blijft.
  • Na het verplaatsen van een veld naar een aangepast geïndexeerd veld. Als u een van de aangepaste geïndexeerde velden voor een bestaand, aangepast veld wilt gebruiken, kunt u opgeven dat gebruikers 'Alleen lezen'-toegang krijgen tot het oude veld, terwijl u de gegevens verplaatst naar het nieuwe geïndexeerde veld. Hiermee voorkomt u dat gegevens niet meer worden gesynchroniseerd.

OPMERKING: bepaalde velden zijn standaard ingesteld op alleen-lezen en kunnen alleen worden bijgewerkt in Oracle CRM On Demand. Enkele voorbeelden van velden die altijd zijn ingesteld op alleen-lezen zijn de velden 'Gemaakt' en 'Gemaakt: datum'. Beide velden zijn beschikbaar in veel verschillende recordtypen.

Validatieregels voor aangepaste velden

U kunt Oracle On Demand Expression Builder (Expression Builder) gebruiken voor het maken van expressies voor validatieregels voor aangepaste velden. Klik op het pictogram fx naast het veld 'Veldvalidering' om het venster 'Expression Builder' te openen waarin u een expressie kunt invoeren. Zie Expression Builder voor meer informatie over de syntaxis van expressies.

In de volgende situaties kunt u validatieregels voor aangepaste velden definiëren:

  • Bedrijfsbeleid afdwingen. Als het beleid in uw bedrijf voorschrijft dat een MDF niet langer dan één jaar effectief mag zijn, definieert u een validatieregel voor een veld 'Einddatum' om zeker te zijn dat de veldwaarde daarin nooit hoger is dan één jaar na de waarde in 'Startdatum'.

    Een ander voorbeeld: het beleid van uw bedrijf schrijft voor dat als een verkoopkans met een verwachte omzet van meer dan $100.000 wegvalt, de reden van het wegvallen moet worden bijgehouden. In dit geval kunt u een validatieregel instellen voor het veld 'Status' zodat wanneer een gebruiker probeert om een verkoopkansrecord op te slaan waarvan het statusveld is ingesteld op 'Niet-gerealiseerd', met Oracle CRM On Demand wordt bepaald of de verwachte opbrengst groter is dan $100.000 en of het veld 'Reden gerealiseerd/niet-gerealiseerd' leeg wordt gelaten. U kunt ook het bericht instellen dat moet worden weergegeven wanneer de validatie mislukt. In dat geval wordt de gebruiker met het bericht gewaarschuwd om een waarde te selecteren in het veld 'Reden gerealiseerd/niet-gerealiseerd' voordat u de record opslaat.

    OPMERKING: voor het bedrijfsproces waarvoor u wilt dat het veld 'Reden gerealiseerd/ niet-gerealiseerd' alleen onder bepaalde omstandigheden vereist is, kunt u het veld 'Reden gerealiseerd/ niet-gerealiseerd' ook instellen als voorwaardelijk verplicht veld. Zie Voorwaardelijk verplichte velden voor meer informatie.

  • Gegevensindeling afdwingen. Als in uw bedrijf een BTW-nummer voor een Europese account wordt gebruikt, kunt u validatie opgeven voor de juiste BTW-notatie op basis van het factuuradres van de account. Of u kunt instellen dat de waarde van een bepaald aangepast veld niet meer of minder dan vier cijfers lang mag zijn.

Een validatie-expressie voor een veld wordt geëvalueerd wanneer het veld wordt bijgewerkt voor een nieuwe of bestaande record. Een validatie-expressie wordt echter in de volgende gevallen niet geëvalueerd:

  • Wanneer de record wordt gemaakt of gewijzigd, blijft het veld leeg. Bij veldvalidatie wordt geen waarde afgedwongen.
  • Het veld heeft een bestaande geldige of ongeldige waarde en de waarde wordt niet gewijzigd wanneer de record wordt bijgewerkt.

Als een validatie-expressie niet wordt geëvalueerd of als een validatie-expressie evalueert naar een lege waarde, wordt geen foutbericht gegenereerd. Dat gebeurt alleen als de validatie-expressie mislukt (ofwel als de validatie-expressie wordt geëvalueerd naar 'FOUT'.)

Veldvalidatie-expressies gaan uit van de veldnaam als eerste parameter. Als u bijvoorbeeld een eenvoudige veldvalidatie-expressie toepast op een veld 'Bedrag' om aan te geven dat de waarde hoger moet zijn dan 1000, is het voldoende om >1000 in te voeren. U hoeft niet [<Amount>]>1000 op te geven. Zie Expressies voor meer informatie over meer complexe expressies.

Beperkingen voor veldvalidatieregels

Voor de volgende veldtypen kunt u geen veldvalidatieregels opgeven:

  • Systeemvelden
  • Intern berekende velden
  • Rij-ID- en ID-velden

    OPMERKING: het veld 'Rij-ID' is een intern systeemveld. Afhankelijk van bewerkingsovergangen, zoals tijdens het maken van records, kan de waarde in dit veld veranderen. Hier kan de waarde 'ExternalSystemID' of 'IntegrationID' staan.

  • Gekoppelde velden
  • Velden met meervoudige keuzelijst
  • Velden waarvan de gebruikerseigenschap is ingesteld voor uitsluiting. Deze velden worden ingesteld als uitzondering om te voorkomen dat bestaande bedrijfslogica in de toepassingscode wordt verbroken.
  • Webkoppelingen
  • Ingekorte velden
  • De volgende velden voor bijlagen:
    • Bijlage
    • Bijlage: bestandsnaam
    • Bijlage: grootte (in bytes)

Standaardveldwaarden definiëren

Wanneer u aangepaste velden maakt of velddefinities bewerkt, kunt u standaardwaarden opgeven voor velden in het veld 'Standaardwaarde' op de pagina 'Veld bewerken'.

Geef een standaardwaarde voor een veld op als u het volgende nodig hebt:

  • Een constante waarde voor een veld. U kunt bijvoorbeeld de standaardwaarde 'Klant' instellen voor het veld 'Type account' wanneer u nieuwe records maakt.
  • Een standaardwaarde op basis van een formule. U kunt bijvoorbeeld de standaardwaarde voor een veld 'Vervaldatum' van 'Fondsaanvragen' instellen op 6 maanden na de waarde van het veld 'Gemaakt op'.
  • Aanmaak van een unieke waarde voor een veld. U geeft bijvoorbeeld een expressie op waarmee een uniek nummer (ID) wordt gegenereerd voor een veld 'Onkostenrapport'. (Dit veld is ook alleen lezen).
  • Een rolspecifieke standaardwaarde. In een bedrijf waar de meeste serviceaanvragen worden gemaakt door de klantenservice, wordt standaard een veld 'Markering opnieuw toewijzen' ingeschakeld, zodat als bijvoorbeeld een verkoper de serviceaanvraag opent, deze aanvraag wordt doorgestuurd naar de juiste klantenservice op basis van de vooraf gedefinieerde toewijzingsregels.

OPMERKING: de meeste instellingen kunt u alleen maken als uw rol de machtiging 'Geavanceerd veldbeheer' heeft.

Er zijn twee typen standaardwaarden voor velden:

  • Pre-standaard. Het veld wordt vooraf gevuld met de opgegeven waarde wanneer de gebruiker een nieuwe record maakt. Gebruikers kunnen de standaardwaarde overschrijven of accepteren.
  • Post-standaard. Het veld wordt niet vooraf gevuld met de opgegeven waarde wanneer de gebruiker een nieuwe record maakt. Het veld krijgt de opgegeven waarde wel bij het opslaan van de record, indien:
    • De gebruiker het veld leeg laat
    • Het veld in de lay-out verborgen is
    • Geen waarde is geleverd door de integratiehulpmiddelen

Pre-standaard is het standaardtype waarde voor velden. U kunt een post-standaard waarde opgeven door het gelijknamige selectievakje op de pagina 'Veld bewerken' in te schakelen.

Standaardveldwaarden zijn alleen van toepassing op nieuwe records, niet op bijgewerkte records.

Als u een standaardwaarde opgeeft voor een veld dat reeds een standaardwaarde van het systeem bevat, krijgt uw waarde voorrang voor uw bedrijf. Een uitzondering op deze regel is het veld 'Omzet' in verkoopkansrecords. Elke standaardwaarde of post-standaardwaarde in dit veld wordt genegeerd, omdat het veld wordt gebruikt voor het maken van prognoses op basis van de omzet van de verkoopkans.

Voor de volgende veldtypen kunt u geen standaardwaarden instellen:

  • Systeemvelden
  • Intern berekende velden
  • Rij-ID- en ID-velden

    OPMERKING: het veld 'Rij-ID' is een intern systeemveld. Afhankelijk van bewerkingsovergangen, zoals tijdens het maken van records, kan de waarde in dit veld veranderen. Hier kan de waarde 'ExternalSystemID' of 'IntegrationID' staan.

  • Gekoppelde velden
  • Velden met meervoudige keuzelijst
  • Velden waarvan de gebruikerseigenschap is ingesteld voor uitsluiting. Deze velden worden ingesteld als uitzondering om te voorkomen dat bestaande bedrijfslogica in de toepassingscode wordt verbroken.
  • Webkoppelingen
  • Ingekorte velden
  • Selectievakjes (post-standaardwaarden)
  • De volgende velden voor bijlagen:
    • Bijlage
    • Bijlage: bestandsnaam
    • Bijlage: grootte (in bytes)

In de volgende tabel worden de standaardwaarden weergegeven die u voor de verschillende veldtypen in Oracle CRM On Demand kunt opgeven.

Veldtype

Geldige standaardwaarden

Selectievakje

'J' als het selectievakje moet worden ingeschakeld en de Booleaanse waarde 'Waar' is.

'N' als het selectievakje moet worden uitgeschakeld en de Booleaanse waarde 'Onwaar' is.

Een leeg veld betekent een ongedefinieerde waarde voor een selectievakje ook al lijkt het alsof het selectievakje niet is ingeschakeld.

Opmerking: 'Post-standaardwaarde' kan niet worden geselecteerd voor het veld van een selectievakje.

Valuta

Een geldige numerieke waarde tot maximaal vijftien tekens.

Datum

Vandaag + getal, waarbij getal een bepaald aantal dagen representeert. De standaarddatum wordt berekend als de huidige datum plus het ingevoerde getal. Als het vandaag bijvoorbeeld 1 januari 2008 is en u voert 'Vandaag + 7' in, wordt de standaarddatum ingesteld op 8 januari 2008.

Datum/tijd

Hetzelfde als het veld 'Datum', alleen wordt in dit geval ook de tijd weergegeven wanneer de nieuwe record wordt geopend.

Geheel getal

Een geldige numerieke waarde tussen -2147483648 en 2147483647.

Meervoudige keuzelijst

U kunt geen standaardwaarde definiëren voor een keuzelijst.

Aantekening

Een tekstwaarde van maximaal 16350 tekens.

Getal

Een geldige numerieke waarde tussen -2147483648 en 2147483647.

Percentage

Een geldige numerieke waarde tussen -2147483648 en 2147483647.

Telefoon

Een geldig telefoonnummer.

Keuzelijst

De geselecteerde waarde in de keuzelijst is de standaardwaarde van het veld.

Tekst (lang)

Een tekstwaarde van maximaal 255 tekens.

Tekst (kort)

Een tekstwaarde tot maximaal 40 tekens voor aangepaste velden en de meeste vooraf geconfigureerde velden. Voor bepaalde vooraf geconfigureerde velden kunt u meer dan 40 tekens invoeren. Bijvoorbeeld: het type record 'Account' kan een naam hebben die langer is dan 40 tekens. De lengte van de waarde voor het standaardveld is niet beperkt tot 40 tekens.

Tekst (kort - masker mogelijk)

Een tekstwaarde tot maximaal 40 tekens, waarbij bepaalde gegevens zijn verborgen voor bepaalde gebruikers. Bijvoorbeeld: als een veld waarvoor een masker mogelijk is, de waarde 4558785236 bevat, zien gebruikers XXXX5236. Aan de gebruikersrol moet de machtiging 'Gegevens met masker weergeven' zijn toegewezen om de gegevens in het veld met masker te kunnen bekijken. Zie Velden waarvoor maskers kunnen worden ingesteld voor meer informatie.

Webkoppeling

Een geldige URL. Expressies en validatie zijn niet toegestaan. Er kan een standaardwaarde worden ingesteld via de bewerkingspagina 'Webkoppeling'.

Het veld 'Tekst weergeven' kan maximaal 250 tekens bevatten. Het URL-veld kan maximaal 8000 tekens bevatten. Browsers hebben verschillende maximale URL-lengten. Als u een URL opgeeft die te lang is, kan deze niet juist werken. De URL-lengte verandert als u parameters gebruikt die kunnen worden vervangen.

OPMERKING: als u een expressie maakt om een standaardwaarde in te stellen, mag het resultaat van de expressie niet groter zijn dan het maximum aantal tekens dat in het veld is toegestaan. Bovendien mag elke reeks of elke numerieke letterlijke waarde die wordt doorgegeven aan een functie in Expression Builder niet langer zijn dan 75 tekens. Zie Expression Builder voor meer informatie over het gebruik van de expressie-builder.

Bovendien geldt:

  • Voor alle veldtypen, inclusief keuzelijsten, kunt u een constante waarde invoeren. Bijvoorbeeld:

    Status (Taak) = 'Niet gestart'

  • Voor datumvelden kunt u het aantal dagen vanaf de huidige datum opgeven. Bijvoorbeeld:

    Vervaldatum (Fondsaanvraag) = Vandaag() + 180

  • Voor een veld 'Eigenaar' kunt u een <maker van record> (variabele) of een bepaalde gebruiker opgeven.

    U kunt geen waarde selecteren. U moet de waarde rechtstreeks in het veld invoeren.

U kunt ook complexe expressies maken voor standaardveldwaarden. Voer de expressie in het veld 'Standaardwaarde' in of klik op het pictogram fx om het venster 'Expression Builder' te openen waarin u een expressie kunt invoeren. Zie Expression Builder voor meer informatie over de syntaxis van expressies.

Als u Expression Builder voor veldbeheer wilt gebruiken, moet aan uw gebruikersrol de machtiging 'Geavanceerd veldbeheer' zijn toegewezen. Gebruikers die over de rol 'Beheerder' beschikken, kunnen deze machtiging voor hun eigen rol en voor andere rollen inschakelen.


Gepubliceerd op augustus 2018 Copyright © 2005, 2018, Oracle. Alle rechten voorbehouden. Legal Notices.