Vanity-URL's opgeven en configureren

Met het instellen van een vanity-URL voor een site kunnen gebruikers toegang krijgen tot een Oracle Content Management site op een opgegeven domein in plaats van op het domein van een Oracle Content Management. Terwijl een instance-URL bijvoorbeeld https://myinstance.cec.ocp.oraclecloud.com/site/MyCustomerSite/ kan zijn, is een gebruiksvriendelijkere URL zoals https://www.example.com eenvoudiger te onthouden, mogelijk beter voor marketingdoeleinden en simpeler in het gebruik. En, afhankelijk van wat vereist is, kan een Oracle Content Management site ook worden gehost met een aangepast pad, zoals https://www.example.com/store/

Als u gebruik wilt maken van vanity-domeinen zijn er verschillende stappen vereist.

  • Gebruik een Content Delivery Network (CDN).

  • Beheer een vanity-domein met een domeinnaamsysteem (DNS) zodat het domein Canonical Name (CNAME)-record wordt toegewezen aan het CDN.

  • Implementeer een geldig certificaat op het CDN waarmee het vanity-domein wordt beveiligd.

  • Configureer een Oracle Content Management site om aanvragen op het vanity-domein te accepteren.

  • Configureer het CDN zodanig dat de aanvragen goed worden gerouteerd naar Oracle Content Management.

Content Delivery Network (CDN) gebruiken

Een content delivery network (CDN) is een platform van wereldwijd gedistribueerde servers die zijn bedoeld om de prestaties en beveiliging van websites te verbeteren. Een CDN minimaliseert de afstand tussen gebruikers en servers terwijl de prestaties van aanvragen voor inhoud worden geoptimaliseerd. Hoewel het primaire doel van een CDN is om de gebruikerservaring te verbeteren, kan een CDN ook worden gebruikt om aanvragen die in behandeling zijn te wijzigen, zodat dat wat de gebruiker ziet schoon is, ook als is het proces achter de schermen dat niet.

Voor de ondersteuning van het hosten van een Oracle Content Management site op een vanity-domein moet u aan het CDN werken en het zo configureren dat alle aanvragen van het geconfigureerde vanity-domein worden verwerkt, deze goed terug worden gerouteerd naar Oracle Content Management en dat wijzigingen worden gemaakt in de aanvragen zodat ze goed en veilig worden verwerkt door Oracle Content Management.

Een domein beheren met een Domain Name System (DNS)

Elk domein kan worden gebruikt als een vanity-domein voor een Oracle Content Management site. U moet elke domeinnaam die als vanity-domein wordt gebruikt, controleren voordat u deze configureert voor gebruik met de Oracle Content Management site.

Vanwege de beperking van DNS is het gebruik van een basisdomein, zoals example.com, zonder www of ander subdomein, zoals store.example.com, waarschijnlijk niet mogelijk. Controleer met de DNS- en CDN-providers om te bepalen of het gebruik van een basisdomein mogelijk is.

Omdat DNS-functies zich op het domeinniveau en niet op het padniveau bevinden, moet routing door het CDN worden verwerkt, anders kunnen sommige paden van uw domein niet in Oracle Content Management worden gehost en andere paden niet in andere services worden gehost. DNS kan alleen worden gebruikt om verkeer te scheiden op het domein- en subdomeinniveau.

Certificaten implementeren

Er moet een certificaat waarmee een vanity-domein word beveiligd, worden gemaakt en gehost door het CDN. Een certificaat kan één domein, meerdere domeinen en subdomeinen, of domeinen met een jokerteken zoals *.example.com beveiligen. Alle combinaties zijn aanvaardbaar voor een vanity-domein. Alle beveiligde domeinen zijn zichtbaar in de certificaatgegevens, dus als het niet de bedoeling is dat deze gegevens openbaar worden gedeeld, moetn er aparte certificaten worden gebruikt.

Opmerking:

Het proces voor het maken en hosten van certificaten is vaak specifiek voor het CDN. Die moet opgeven hoe dit het beste kan worden gedaan.

Een Oracle Content Management site configureren voor vanity-domeinen

Als u wilt dat een Oracle Content Management site goed wordt geladen wanneer een vanity-domein wordt gebruikt, moet u eerst in Oracle Content Management opgeven welke site-URL het vanity-domein gebruikt. Dit doet u in Oracle Content Management in het tabblad Eigenschappen van de site.

  1. Klik in Oracle Content Management op Sites in de zijnavigatie.

  2. Selecteer de site waarvoor u een vanity-domein wilt gebruiken en kies Eigenschappen in het snelmenu of klik op Zijbalk in de actiebalk.

  3. Voer het vanity-domein in het veld voor vanity-domein in en klik op Opslaan.

    Opmerking:

    Het kan een uur of langer duren voordat Oracle Content Management gereed is om aanvragen van het domein te accepteren. Controleer de voortgang op elk gewenst moment in het paneel met eigenschappen van de site.

Het Content Delivery Network configureren voor het routeren van aanvragen

Zodra Oracle Content Management juist is geconfigureerd en gereed om aanvragen te accepteren, worden aanvragen voor het vanity-domein via het DNS naar het CDN gerouteerd en moet het CDN de aanvragen op de juiste manier doorsturen naar Oracle Content Management. Als bijvoorbeeld een Oracle Content Management site met een site-URL van https://myinstance.cec.ocp.oraclecloud.com/site/MyCustomerSite/ wordt geconfigureerd met een vanity-domein van https://www.example.com/store, moet het CDN worden geconfigureerd voor:

  • het herkennen van het vanity-domein: https://www.example.com/store

  • het identificeren van de oorspronkelijke Oracle Content Management instance met behulp van het vanity-domein: https://myinstance.cec.ocp.oraclecloud.com/

  • het toevoegen van het sitepad voor de specifieke site: site/MyCustomerSite/

  • en voor het sturen van de volledige site-URL naar de oorspronkelijke Oracle Content Management instance: https://myinstance.cec.ocp.oraclecloud.com/site/MyCustomerSite/.

  • Oracle Content Management ontvangt de aanvraag en reageert op het CDN, waar de aanvraag naar de browser van de gebruiker wordt gestuurd en waarbij alleen het vanity-domein aan de gebruik wordt getoond: https://www.example.com/store

CDN-configuratiestappen zijn vaak specifiek voor het CDN, dus werk samen met uw CDN-provider om de herkomstdefinitie goed te configureren. Daarmee wordt aan het CDN doorgegeven hoe de oorspronkelijke Oracle Content Management instance moet worden bereikt. En met het sitepad wordt gedefinieerd hoe het juiste sitepad moet worden bijgevoegd.

Opmerking:

Aanvragen mogen geen van de volgende paden bevatten:
  • /documenten*

  • /inhoud/gepubliceerd*

  • /osn*

  • /pxysvc*

  • /site*

Het is niet de bedoeling dat in aanvragen voor deze paden het sitepad wordt opgenomen. Ze moeten terugwijzen naar de basis van de oorspronkelijke Oracle Content Management instance om goed te kunnen worden verwerkt.