Verbindingen opslaan als privéverbinding

U kunt gedeelde of privéverbindingen opslaan als privéverbinding en deze gebruikersvriendelijke namen geven.

Hoewel u zonder beheerrechten geen gedeelde verbindingen kunt maken, kunt u deze wel als privéverbindingen opslaan. U kunt ook een privéverbinding opslaan. In beide gevallen kunt u bij het opslaan van deze verbindingen als privé een gebruikersvriendelijke naam opgeven. Deze verbindingen worden benoemde verbindingen genoemd.

Ga als volgt te werk om een privéverbinding te maken vanuit een gedeelde of privéverbinding:

  1. Maak verbinding met behulp van een gedeelde of privéverbinding.
  2. Selecteer in de boomstructuur voor gedeelde of privéverbindingen in het Smart View-venster een item dat u als privéverbinding wilt opslaan.

    U kunt een applicatienaam of een databasenaam selecteren.

  3. Selecteer in het actiepaneel de optie Toevoegen aan privéverbindingen.

    Deze optie is alleen beschikbaar als het geselecteerde item kan worden opgeslagen als privéverbinding.

  4. Optioneel: in Opslaan als privéverbinding kunt u de naam en omschrijving van de verbinding bewerken.

    Door Oracle Smart View for Office wordt 'verbindings-URL_applicatienaam' toegevoegd aan de naam van het item dat u hebt geselecteerd. Als u bijvoorbeeld een database met de naam 'ABC' hebt geselecteerd in de applicatie 'XYZ', is de standaardverbindingsnaam:

    ABC - <connection_URL>_XYZ

    U kunt deze naam wijzigen om deze gebruikersvriendelijker te maken. U kunt de naam bijvoorbeeld wijzigen in:

    MyABC

  5. Klik op OK in het dialoogvenster Opslaan als privéverbinding.

    De verbindingsnaam wordt op de volgende locaties weergegeven:

    • De boomstructuurweergave 'Gedeelde verbindingen', waarin een pijltje, Databasepictogram met een pijltje in de linkerbenedenhoek dat een privéverbinding aangeeft, aangeeft dat de verbinding privé is

    • De boomstructuurweergave 'Privéverbindingen', waarin een pijltje, Databasepictogram met een pijltje in de linkerbenedenhoek dat een privéverbinding aangeeft, aangeeft dat de verbinding privé is

    • De boomstructuur 'Privéverbindingen' na het selecteren van de servernaam in de dropdownlijst voor privéverbindingen die onder het applicatiesoort zijn gegroepeerd (zoals Planning)

  6. Selecteer op het Smart View-lint achtereenvolgens Verbindingen en Actieve verbindingen. Schakel vervolgens het selectievakje naast de naam van de nieuwe verbinding in zodat het huidige werkblad wordt verbonden met de zojuist gemaakte privéverbinding.

    U kunt ook een Smart View-actie uitvoeren (bijvoorbeeld Ad-hocanalyse selecteren in het actievenster), waarna de verbinding automatisch tot stand wordt gebracht.