In de onderstaande tabel worden de eigenschappen voor het beheer van DOCX-uitvoerbestanden beschreven.
Naam eigenschap | Beschrijving | Standaard |
---|---|---|
Wijzigingentracering activeren |
Stel deze waarde in op "waar" om wijzigingentracering te activeren in het uitvoerdocument. |
niet waar |
Document beveiligen voor bijgehouden wijzigingen |
Stel deze waarde in op "waar" om het document te beveiligen voor bijgehouden wijzigingen. |
niet waar |
Standaardlettertype |
Gebruik deze eigenschap om de stijl en grootte van het uitvoerlettertype te definiëren als geen ander lettertype is gedefinieerd. Dit is vooral handig als u de afmeting van lege tabelcellen in gegenereerde rapporten wilt bepalen. Geef de lettertypenaam en -grootte op in de indeling <lettertypenaam>:<grootte>, bijvoorbeeld 'Arial:12'. Het door u gekozen lettertype moet tijdens runtime beschikbaar zijn voor de verwerkingsengine. |
Arial:12 |
Wachtwoord openen |
Met deze eigenschap kunt u het wachtwoord opgeven dat gebruikers moeten invoeren om een DOCX-rapport te openen. |
N.v.t. |