RTF-uitvoereigenschappen

Configureer RTF-uitvoerbestanden door de eigenschappen in te stellen die in de onderstaande tabel worden beschreven.

Naam eigenschap Beschrijving Standaard

Wijzigingentracering activeren

Stel deze waarde in op 'waar' om wijzigingentracering te activeren in het RTF-uitvoerdocument.

niet waar

Document beveiligen voor bijgehouden wijzigingen

Stel deze waarde in op "waar" om het document te beveiligen voor bijgehouden wijzigingen.

niet waar

Standaardlettertype

Gebruik deze eigenschap om de stijl en grootte van het lettertype in RTF-uitvoer te definiëren als geen ander lettertype is gedefinieerd. Dit is vooral handig als u de afmeting van lege tabelcellen in gegenereerde rapporten wilt bepalen. Geef de lettertypenaam en -grootte op in de indeling <Lettertypenaam>:<grootte>, bijvoorbeeld 'Arial:12'. Het door u gekozen lettertype moet tijdens runtime beschikbaar zijn voor de verwerkingsengine. Zie Lettertypetoewijzingen definiëren voor informatie over het installeren van lettertypen en voor de lijst met vooraf gedefinieerde lettertypen.

Arial:12

Alinea's bij elkaar houden activeren

Stel deze optie in op 'waar' om ervoor te zorgen dat geen alinea's met 'loshangende' regels in het document voorkomen. Stel dat de beginregel van de laatste alinea op een pagina in zijn eentje onderaan staat en de overige regels van de alinea op de volgende pagina. Als deze instelling is geactiveerd, wordt de beginregel van de alinea naar de volgende pagina verschoven om de regels van de alinea bij elkaar te houden. Dit verbetert de leesbaarheid.

niet waar