Verbinding maken met Oracle Fusion Cloud Applications Suite

U kunt verbinding maken met Oracle Fusion Cloud Applications Suite en gegevenssets maken die u helpen bij het visualiseren, verkennen en begrijpen van de gegevens uit uw applicaties.

Info over Oracle Applications Connector

Met het verbindingstype "Oracle Applications" (Pictogram voor Oracle Applications verbindingen) kunt u Oracle Analytics gebruiken om gegevens te visualiseren die afkomstig zijn uit applicaties in Oracle Fusion Cloud Applications Suite. Bijvoorbeeld Oracle Fusion Cloud Financials. U kunt het verbindingstype "Oracle Applications" ook gebruiken om verbinding te maken met uw lokale implementaties van Oracle BI Enterprise Edition (als er een patch naar een geschikt niveau is uitgevoerd) of verbinding maken met een andere Oracle Analytics service.

U kunt verbinding maken met de volgende applicaties in Fusion Applications Suite:

  • Oracle Fusion Cloud Financials

  • Oracle Fusion Cloud Human Capital Management

  • Oracle Fusion Cloud Loyalty

  • Oracle Fusion Cloud Procurement

  • Oracle Fusion Cloud Project

  • Oracle Fusion Cloud Supply Chain Planning

  • Oracle Sales Automation

Opmerking:

Als u verbinding maakt met applicaties in Fusion Applications Suite, hebt u toegang tot de gegevens uit een rapport van Oracle Transactional Business Intelligence. Deze rapporten kunnen in de cache worden geplaatst in Oracle Transactional Business Intelligence. Welke gegevens in Oracle Analytics beschikbaar zijn, is afhankelijk van de gegevens in de cache. U kunt vanuit Oracle Analytics de cache-reactie in Oracle Transactional Business Intelligence niet regelen.

Verbinding maken met een applicatie in Oracle Fusion Cloud Applications Suite

Maak verbinding met een applicatie in Oracle Fusion Cloud Applications Suite om gegevens uit die applicatie te visualiseren. U kunt bijvoorbeeld verbinding maken met Oracle Fusion Cloud Financials met Oracle Transactional Business Intelligence. U kunt ook verbinding maken met Oracle BI Enterprise Edition.

  1. Klik op de pagina Gegevens of de Beginpagina op Maken en klik vervolgens op Verbinding.
  2. Klik op Oracle Applications. Pictogram voor Oracle Applications verbindingen
  3. Voer de verbindingsdetails in.
    • Geef voor Verbindingsnaam een gebruiksvriendelijke naam op waaraan u de verbindingsdetails kunt herkennen in Oracle Analytics.
    • Voer bij Host de URL in voor Fusion Applications Suite met Oracle Transactional Business Intelligence of Oracle BI EE.

      Opmerking:

      Voer niet de URL in van de Oracle Analytics applicatie waarbij u nu bent ingelogd. Als u de gebruikte gegevens uit een lokale analyse wilt visualiseren, maakt u een gegevensset op basis van de analyse (lokaal onderwerpgebied). Zie voor meer informatie: Een gegevensset maken van een onderwerpgebied in uw instance.
    • Geef voor Gebruikersnaam en Wachtwoord de gebruikersreferenties van Oracle Applications op.
  4. Geef onder Verificatie op hoe u de verbinding wilt verifiëren:
    • Altijd deze referenties gebruiken : Oracle Analytics gebruikt altijd de inlognaam en het wachtwoord dat u opgeeft voor de verbinding. Gebruikers wordt niet gevraagd in te loggen.
    • Gebruikers verplichten hun eigen gebruikersnaam en wachtwoord in te vullen: Oracle Analytics vraagt gebruikers hun eigen gebruikersnaam en wachtwoord in te vullen voor de gegevensbron. Gebruikers hebben alleen toegang tot de gegevens waarvoor ze de juiste toestemmingen, rechten en roltoewijzingen hebben.
    • Referenties van actieve gebruiker gebruiken: gebruikers van Oracle Analytics wordt niet gevraagd zich aan te melden voor toegang tot de gegevens. De referenties waarmee gebruikers hebben ingelogd bij Oracle Analytics worden ook gebruikt voor toegang tot deze gegevensbron. Zie Imiterende gebruiker configureren voor optie voor gebruik referenties actieve gebruiker. Controleer of de gebruiker van Oracle Analytics bestaat in Oracle Transactional Business Intelligence.
  5. Klik op Opslaan.

    U kunt nu gegevenssets maken op basis van de verbinding.

De verbinding is alleen zichtbaar voor u (de maker), maar u kunt er gegevenssets voor maken en delen.

Imiterende gebruiker configureren voor optie voor gebruik referenties actieve gebruiker

U kunt het imiteren van een gebruiker configureren om de optie voor referenties van actieve gebruiker te activeren wanneer u het verbindingstype Oracle Applications gebruikt.

U kunt het imiteren van een gebruiker implementeren om verbindingen te maken met Oracle Fusion Cloud Applications Suite met Oracle Transactional Business Intelligence en Oracle BI EE. Wanneer u het imiteren van een gebruiker gebruikt, hebben gebruikers toegang tot gegevens die zijn toegestaan voor de toestemmingen, rechten en roltoewijzingen van de actieve gebruiker. Aan gebruikers wordt niet gevraagd hun gebruikersnaam en wachtwoord in te voeren.

Tips voor het instellen van imitatie

  • Faciliteer één beheerder in het Oracle Fusion Cloud Enterprise Performance Management (EPM) identiteitsdomein met de benodigde rollen en rechten voor het imiteren van andere gebruikers.
  • Geef de referenties voor deze EPM-beheerder op wanneer u de metagegevens importeert met Model Administration Tool. De referenties worden opgeslagen in de verbindingsgroep van het RPD-gegevensmodel dat door Model Administration Tool is gemaakt.
  • Ook moet het selectievakje 'SSO' worden ingeschakeld voor de verbindingsgroep van de Planning-server in de RPD.
  • Met deze instelling hoeft slechts één native gebruiker te worden gefaciliteerd in het EPM-identiteitsdomein. Andere eindgebruikers loggen in bij Oracle Analytics met hun SSO-referenties. Tijdens het maken van verbinding wordt de SSO-gebruikersnaam door Oracle Analytics doorgegeven aan Planning and Budgeting Cloud Service, samen met de referenties van de native EPM-beheerder die over imitatierechten beschikt.
  • Opmerking: inloggen bij EPM met behulp van SSO-referenties wordt niet ondersteund door de REST-API of de Planning ADM-driver.

Imiteren van een gebruiker faciliteren voor verbinding met Oracle Fusion Cloud Applications Suite

U kunt de functionaliteit voor het imiteren van een gebruiker faciliteren in Oracle Fusion Cloud Applications Suite wanneer uw verbindingsdoel een applicatie in Oracle Fusion Cloud Applications Suite met Oracle Transactional Business Intelligence is.

  1. Log in bij Oracle Fusion Applications als beheerder die rechten heeft om een rol te maken of te wijzigen.
  2. Geef het dialoogvenster Security console weer en open het tabblad Gebruikers.
  3. Klik op Gebruikersaccount toevoegen om een gebruiker te maken. U kunt bijvoorbeeld een gebruiker genaamd 'DV Admin' toevoegen.
  4. Open het tabblad Rollen en klik op Rol maken.
  5. Geef een rolnaam op in het veld Rolnaam. Voer bijvoorbeeld DV Access in.
  6. Geef een code voor de rolnaam op in het veld Rolcode. Voer bijvoorbeeld DV_ACCESS in.
  7. Selecteer BI: abstracte rollen in het veld Rollencategorie.
  8. Sla de stappen met betrekking tot beveiligingspolicy's voor functies en beveiligingspolicy's voor gegevens over.
  9. Klik bij de stap Rollenhiërarchie op (+) Rol toevoegen en selecteer de bestaande rol BIImpersonator in het dialoogvenster Rollidmaatschap toevoegen.
  10. Selecteer de gebruiker die u hebt gemaakt (bijvoorbeeld DV Admin).
  11. Klik op Gebruiker toevoegen aan rol in het dialoogvenster Gebruiker toevoegen.
  12. Klik op Opslaan en sluiten.

    De gebruiker 'DV Admin' wordt toegevoegd aan de rol 'BI Impersonator' en u kunt de gebruiker 'DV Admin' in Oracle Analytics samen gebruiken met de optie Referenties van actieve gebruiker gebruiken in het dialoogvenster Oracle Application verbinding maken.

    U kunt nu de imitatiefuncionaliteit testen.

Het imiteren van een gebruiker faciliteren voor verbindingen met lokale Oracle BI EE

U kunt de functionaliteit voor het imiteren van een gebruiker faciliteren in Oracle Fusion Middleware wanneer uw Oracle Application verbindingsdoel een lokale installatie van Oracle BI EE is.

  1. Log met een beheerdersaccount in bij Oracle Fusion Middleware Control voor uw instance van Oracle BI EE.
  2. Klik op de optie WebLogic domein en selecteer Beveiliging en Applicatiepolicy's.
  3. Klik op Maken om het dialoogvenster Applicatietoewijzing maken weer te geven.
  4. Klik op (+) Toevoegen in het gebied Rechten.
  5. Selecteer Resourcetypen.
  6. Selecteer oracle.bi.user in de dropdownlijst.
  7. Klik op Doorgaan.
  8. Voer in het veld Resourcenaam een sterretje (*) in.
  9. Selecteer Nabootsen in Acties voor rechten..
  10. Klik op Selecteren.
  11. Klik op (+) Toevoegen in de sectie Gerechtigde.
  12. Selecteer Gebruiker in de dropdownlijst Type.

    U kent het nieuw gemaakte recht toe aan een applicatierol of een gebruiker.

  13. Selecteer Bevat in de dropdownlijst Principal Name en voer in het veld een sterretje (*) in.
  14. Klik op de pijl > om een lijst met gebruikers weer te geven.
  15. Selecteer de gebruiker waaraan u het recht wilt toekennen en klik op OK.

    U kunt nu de imitatiefuncionaliteit testen.