Galerieraster

Gebruik een galerieraster om een set afbeeldingen tegelijk in rijen en kolommen te presenteren.

Ga als volgt te werk om een afbeeldingsgalerie aan de pagina toe te voegen:
  1. Navigeer naar de pagina die u wilt bewerken en zorg ervoor dat Schakelaar 'Bewerken' is ingesteld op Bewerken.
  2. Voeg de component aan de pagina toe. In de galerierastercomponent wordt een plaatsaanduidingsafbeelding getoond totdat u de afbeeldingen selecteert die u wilt gebruiken.
  3. Klik op het menupictogram Menupictogram 'Component', kies Instellingen en klik op Afbeeldingen op het tabblad Algemeen als u een of meer afbeeldingen aan de galerie wilt toevoegen.
  4. Klik op Afbeeldingen toevoegen.
  5. Selecteer een of meer afbeeldingen.

    Opmerking:

    In het venster worden alle beschikbare bestanden weergegeven. Kies het bestandstype dat geschikt is voor de context. Als u bijvoorbeeld een afbeeldingsbestand kiest, moet u een bestand selecteren met een geldige afbeeldingsindeling (GIF, JPG, JPEG, PNG of SVG).
    1. Zoek en selecteer de afbeeldingen die u wilt gebruiken.

      Als er geen digitale activa worden weergegeven, klikt u op Pictogram 'Filter' voor activa en wijzigt u het verzamelingsfilter naar Alle.

    2. Als u een afbeelding hebt geselecteerd uit een documentenmap, kunt u een koppeling naar het bestand gebruiken in plaats van het hele bestand naar de site te kopiëren. Selecteer Gebruik een verwijzing naar het originele bestand in plaats van het bestand naar de site te kopiëren om een koppeling naar het bestand te maken. Als u deze optie niet selecteert, wordt een kopie van en een verwijzing naar het bestand opgeslagen op de site. Wanneer een koppeling naar het originele bestand is gemaakt, hoeft de inhoud niet te worden gedupliceerd. Door de koppeling kunnen bezoekers van de site ook de inhoud zien als de toegangsrechten voor het bestand worden gewijzigd of de weergave ervan op een of andere manier wordt beperkt.
    3. Klik op OK.
    4. Als u een digitaal activum hebt gekozen, kunt u een specifieke weergave selecteren. Als u geen weergave selecteert, wordt de oorspronkelijke afmeting gebruikt. Als de nieuwste versie van het activum moet worden gepubliceerd bij het publiceren van de site, selecteert u Laatste versie van activum gebruiken.
    De geselecteerde afbeeldingen worden aan de lijst met afbeeldingen toegevoegd. Sleep de afbeeldingen en zet deze neer om ze te herordenen in de lijst (en in het raster). De standaardtitel van elke afbeelding is de bestandsnaam zonder extensie.
  6. Als u de titel, beschrijving of andere opties voor een bepaalde afbeelding wilt wijzigen, klikt u op de afbeelding in de lijst en brengt u de wijziging aan.
    U kunt ook een koppeling of andere acties aan een afbeelding in de galerie koppelen:
    1. Klik in het paneel 'Instellingen' voor een bepaalde afbeelding op het veld 'Koppeling'.
    2. Selecteer een van de volgende opties:
      • Geen koppeling: met de afbeelding wordt geen actie uitgevoerd wanneer de gebruiker erop klikt.

      • Webpagina: een volledige URL opgeven naar een externe pagina of site en selecteren waar de koppeling moet worden geopend

      • Sitepagina: selecteer met de paginakiezer een pagina op de huidige site en selecteer waar de koppeling moet worden geopend. U kunt aanvullende URL-parameters opgeven met de opmaak key1=waarde1&key2=waarde2. Lege waarden worden ondersteund, bijvoorbeeld key1=&key2=waarde2. U kunt ook een URL-anker opgeven. Hiertoe moet u een speciale ankersectielay-out toevoegen aan de plaats op de doelsitepagina waar u de ankerkoppeling wilt oplossen, en dezelfde ankernaam opgeven als in de lay-outinstellingen die u hebt gebruikt bij het definiëren van de triggeractie.

        Opmerking:

        De vereiste ankersectielay-out voor het gebruik van URL-ankers wordt meegeleverd bij OCE Toolkit. Zie Ontwikkelen met OCE Toolkit voor informatie over het ophalen van de toolkit.
      • Bestand downloaden: een geselecteerd bestand downloaden uit de repository Selecteer een bestand.

        Als u een digitaal activum kiest, kunt u een specifieke weergave selecteren. Als u geen weergave selecteert, wordt de oorspronkelijke afmeting gebruikt. Als de nieuwste versie van het activum moet worden gepubliceerd bij het publiceren van de site, selecteert u Laatste versie van activum gebruiken. Als u Laatste versie van activum gebruiken niet selecteert, wordt de meest recente gepubliceerde versie gebruikt in plaats van een recentere conceptversie, mocht die bestaan.

      • Inhouditem: selecteer een inhouditem uit een gekoppelde activumrepository, kies de detailpagina die u wilt weergeven en geef op of de pagina moet worden geopend in hetzelfde of een nieuw venster.

      • E-mail: een geldig e-mailadres opgeven en eventueel een onderwerp Het resulterende bericht wordt geopend in en verstuurd via de standaard-e-mailclient.

      • Voorbeeld van afbeelding: de geselecteerde afbeelding wordt als een overlay op de pagina weergegeven.

      • Kaart: een geldig adres of geldige coördinaten invoeren en selecteren waar u de kaart in desktop- en mobiele browsers wilt openen

      • Telefoongesprek: een geldig telefoonnummer invoeren

    3. Klik op Terug om terug te gaan naar het paneel met afbeeldingsinstellingen. Klik nogmaals op Terug om terug te gaan naar de lijst met afbeeldingen waar u een andere afbeelding kunt selecteren om bij te werken.
    4. Wanneer u klaar bent met het bijwerken van afzonderlijke afbeeldingen, klikt u op Terug om galerieopties op te geven.
  7. Gebruik de optie Lay-out om de afbeeldingen in een raster te schikken.
    • Gemetseld
    • Kolommen
    • Aangepast
    Deze opties worden elk beschreven in de onderstaande stappen.
  8. Kies de lay-out Gemetseld om de afbeeldingen automatisch in rijen binnen de beschikbare ruimte te schikken.
    De resulterende rijen hebben dezelfde hoogte, maar geen gedefinieerde kolommen.
    Beschrijving van GUID-4CAF671A-F931-4177-BB92-E5F082663996-default.png volgt hierna
    Beschrijving van de illustratie GUID-4CAF671A-F931-4177-BB92-E5F082663996-default.png
    1. Geef Hoogte op om alle afbeeldingen proportioneel te schalen met de opgegeven hoogte in pixels.
    2. Geef Ruimte tussen afbeeldingen op om de ruimte tussen afbeeldingen in de rij te vergroten of verkleinen.
  9. Kies de lay-out Kolom om de afbeeldingen in rijen en kolommen te schikken.
    1. Selecteer een optie voor Schalen om de presentatie van afbeeldingen in het raster aan te passen:
      • Bijsnijden: de kleinste van de twee afmetingen (breedte of hoogte) wordt zo geschaald dat deze in de beschikbare ruimte past en de grootste afmeting wordt bijgesneden om het uitrekken van de afbeelding te voorkomen.

      • Aanpassen: elke afbeelding wordt zo geschaald dat de gehele afbeelding in de beschikbare ruimte past zonder de afbeelding te vervormen.
      In het volgende raster worden bijvoorbeeld vier kolommen gebruikt en worden de zes afbeeldingen zo geschaald dat ze passen:
      Beschrijving van GUID-4AB0B5DD-89B4-492D-A968-45482B3953CE-default.png volgt hierna
      Beschrijving van de illustratie GUID-4AB0B5DD-89B4-492D-A968-45482B3953CE-default.png

      Hier ziet u hetzelfde raster waarin de afbeeldingen zijn bijgesneden:
      Beschrijving van GUID-3B1C55AE-E995-41C4-A9D9-F52FA75FF7E3-default.png volgt hierna
      Beschrijving van de illustratie GUID-3B1C55AE-E995-41C4-A9D9-F52FA75FF7E3-default.png

    2. Geef een Verhouding op om de vorm van de cellen in het raster te bepalen.
      • Vierkant: een verhouding van 1:1

      • Landscape: een verhouding van 16:9

      • Portrait: een verhouding van 9:16
      • Aangepast: geef uw eigen numerieke waarden op voor de verhouding.

    3. Geef het aantal Kolommen op.
      Het raster wordt automatisch aangepast, zodat er kolommen van dezelfde breedte worden gemaakt.
    4. Geef Ruimte tussen afbeeldingen op om de ruimte tussen afbeeldingen in zowel de rijen als de kolommen te vergroten of verkleinen.
  10. Kies de lay-out Aangepast om de afbeeldingen in rijen en kolommen te schikken op basis van een afbeeldingsgrootte en - breedte die u opgeeft.
    1. Selecteer een optie voor Schalen om de presentatie van afbeeldingen in het raster aan te passen:
      • Bijsnijden: de kleinste van de twee afmetingen (breedte of hoogte) wordt zo geschaald dat deze in de beschikbare ruimte past en de grootste afmeting wordt bijgesneden om het uitrekken van de afbeelding te voorkomen.

      • Aanpassen: elke afbeelding wordt zo geschaald dat de gehele afbeelding in de beschikbare ruimte past zonder de afbeelding te vervormen.
    2. Geef een Afbeeldingshoogte en Afbeeldingsbreedte op om de vorm van de cellen in het raster te bepalen.
      Het raster wordt automatisch aangepast om cellen te maken met de afmetingen die u opgeeft.
    3. Geef Ruimte tussen afbeeldingen op om de ruimte tussen afbeeldingen in zowel de rijen als de kolommen te vergroten of verkleinen.
  11. Geef opties voor Uitlijning, Breedte en Spatiëring op om het raster binnen de slot te positioneren.
    Gebruik Breedte om de breedte, in pixels, op te geven van de galerie binnen de slot. Klik op een andere uitlijningsoptie dan Opvulling om de breedte op te geven. Nadat u de breedte hebt ingesteld, kunt u de optie Opvulling gebruiken om de afbeelding uit te breiden naar de opgegeven breedte.