Componentgroepen

U kunt een of meer componenten combineren om een componentgroep te maken waaraan u een naam kunt toewijzen en die u opnieuw kunt gebruiken.

Wanneer u een componentgroep opslaat, wordt deze opgeslagen als een aangepaste component met de naam die u opgeeft. De componentgroep wordt dan weergegeven in de lijst met aangepaste componenten in de editor.
  1. Navigeer naar de pagina die u wilt bewerken en zorg ervoor dat Schakelaar 'Bewerken' is ingesteld op Bewerken.
  2. Voeg een componentgroep toe aan uw pagina. De componentgroep wordt geïdentificeerd door Pictogram 'Componentgroep'.
  3. Sleep een of meer componenten naar het frame van de aangepaste component.
  4. U kunt de componenten binnen de componentgroep op dezelfde manier positioneren en de grootte ervan wijzigen als componenten in een slot.
  5. Als u een component en de weergave ervan wilt bewerken, klikt u op het menupictogram Menupictogram 'Component' en kiest u Instellingen. Als u op de componentnaam klikt in plaats van op het menupictogram, ziet u het menupictogram voor de componentgroep (of slot) en kunt u dit pictogram selecteren:
    Op het tabblad 'Instellingen' voor de componentgroep kunt u de positie van de componentgroep, een achtergrondafbeelding en andere instellingen opgeven die van toepassing zijn op de volledige componentgroep.
  6. Wanneer u uw wijzigingen wilt opslaan in de componentgroep, klikt u op de componentgroep en het menupictogram Menupictogram 'Component' en kiest u vervolgens Opslaan.
    1. Voer in het dialoogvenster een naam in voor de componentgroep. U kunt kleine letters, cijfers, onderstrepingstekens (_) en streepjes (-) gebruiken. Als u een spatie invoert, wordt deze automatisch vervangen door een streepje.
      Als dit een nieuwe componentgroep is, kunt u geen naam van een bestaande aangepaste component gebruiken.

      Als u een bestaande componentgroep hebt toegevoegd aan de pagina, de componentgroep hebt gewijzigd en vervolgens uw wijzigingen hebt geprobeerd op te slaan, krijgt u de mogelijkheid een naam op te geven om een nieuwe componentgroep te maken of kunt u Bestaande componentgroep overschrijven selecteren om de bestaande componentgroep bij te werken met uw wijzigingen.

    2. Klik op Opslaan.
      De componentgroep wordt onder de opgegeven naam opgeslagen als een aangepaste component. De componentgroep wordt weergegeven in een eigen map in componentenbeheer en wordt ook in de lijst met aangepaste componenten in de editor weergegeven als u de eigenaar bent of iemand de component met u heeft gedeeld. U kunt de componentgroep op dezelfde manier delen als een aangepaste component.