Rapporten maken met Smart Slices

Smart Slices worden centraal opgeslagen en zijn via het Smart View-venster beschikbaar voor gebruikers.

Soorten cloudgegevensbronnen: Oracle Essbase

Soorten lokale gegevensbronnen: Oracle Essbase, Oracle Hyperion Financial Management

Een volledig rapport wordt gekoppeld aan een Excel-werkboek, een Word-document of een PowerPoint-presentatie. Eén rapport wordt gekoppeld aan een Excel-werkblad, een Word-pagina of een PowerPoint-dia. Voor PowerPoint-presentaties wordt één rapportsoort per dia aangeraden.

U kunt rapporten maken op basis van gehele Smart Slices of op basis van subsets van gegevens in een Smart Slice. Vervolgens kunnen rapporten worden weergegeven in een Excel-spreadsheet, Word-document of PowerPoint-dia. U kunt zoveel rapporten uit zoveel gegevensbronnen als u wilt weergeven, zolang de ruimte op één blad dat toelaat.

Ga als volgt te werk om een rapport te maken op basis van een Smart Slice:

  1. Selecteer via het Smart View-lint Paneel.
  2. Selecteer via het Smart View-lint een Smart Slice.
  3. Voer een van de volgende acties uit in het actiepaneel.
    • Klik op Smart Slice invoegen in rapport om met de Smart Slice te werken zonder deze te wijzigen. De Smart Slice wordt weergegeven in Inhoud document in het onderste deel van het Smart View-venster.

    • Klik op Smart Slice wijzigen en invoegen in rapport en gebruik Smart Slice-designer, zoals beschreven in Smart Slices maken, om een subset van de Smart Slice te maken voor lokale opslag.

      Opmerking:

      Als u Smart Slice wijzigen gebruikt om een Smart Slice te maken, moet u de nieuw gemaakte Smart Slice selecteren in de structuurweergave van het Smart View-venster, voordat u een ad-hocanalyse uitvoert.

  4. Klik op De knop Inhoud vernieuwen om de boomstructuur Inhoud document te vernieuwen.
  5. Selecteer de Smart Slice in Inhoud document, klik met de rechtermuisknop en selecteer Nieuw rapportageobject/besturingselement invoegen.
  6. Selecteer in het dialoogvenster Nieuw rapportageobject/besturingselement invoegen een van de volgende soorten rapporten om op het raster te plaatsen:
    • Functieraster: een dynamisch rasterformaat

      Functierasters kunnen worden gebruikt met Word, PowerPoint en Excel. Wanneer u een functieraster vernieuwt, worden gegevenscellen wel vernieuwd, maar onderdelen niet. Als u zowel gegevens als onderdelen wilt vernieuwen, voegt u het functieraster opnieuw in het werkblad in. Hierdoor zijn functierasters het meest geschikt voor rapporten waarin de onderdelen redelijk statisch blijven. Voor rapporten waarin de onderdelen vaker worden gewijzigd, zijn tabellen en diagrammen betere rapportsoorten. Hoewel meerdere rapporten op een werkblad kunnen staan, kunt u slechts één functieraster hebben.

      U kunt Excel-formules, bijvoorbeeld SOM, gebruiken met functierasters. Als u dergelijke formules wilt behouden als onderdeel van het functieraster, moet u één rij leeg laten tussen het raster en de cel met de formule en de lege rij opnemen in het geselecteerde celbereik voor de formuledefinitie. Hierdoor blijft de formule behouden bij het vernieuwen van de gegevensresultaten in een verschillend aantal rijen in het raster.

      Gebruik de opmaakfuncties van Excel om een functieraster op te maken.

    • Office-tabel

      Office-tabellen kunnen in Word en PowerPoint worden gebruikt. Office-tabellen geven resultaten weer in het native Microsoft Office-tabelformaat. Wanneer u een Office-tabel vernieuwt, worden zowel de onderdelen als de gegevens vernieuwd.

      Office-tabellen zien eruit en werken als onderdeel van het Word- of PowerPoint-document, maar de onderdelen en gegevens in de tabelcellen zijn verbonden met de Oracle Smart View for Office-provider. Met Office-tabellen kunt u de Word- of PowerPoint-tabelopmaak en -stijlen gebruiken waaraan u gewend bent. Voeg een POV-object toe in het rapport en u kunt de POV van de Office-tabel wijzigen. Vernieuw de Office-tabel nadat u de opmaak of de POV hebt gewijzigd, en de nieuwe POV wordt weergegeven in de resultaten en de gebruikergedefinieerde opmaak wordt behouden.

      U kunt niet in- en uitzoomen in een Office-tabelobject, en u kunt geen andere ad-hocbewerkingen uitvoeren of een vrije vorm gebruiken.

    • Tabel

      Tabellen kunnen worden gebruikt met PowerPoint en Excel. In tabelrapporten worden resultaten weergegeven in een rasterformaat dat boven het document zweeft. U kunt dit verplaatsen en de grootte ervan wijzigen. Wanneer u een tabel vernieuwt, worden zowel de onderdelen als de gegevens vernieuwd. Tabellen zijn handig om grote rasters weer te geven in een kleine ruimte. Met de schuifbalken hebt u snel toegang tot rijen en kolommen.

      U kunt in- en uitzoomen op een tabelrapport, maar u kunt geen andere ad-hocbewerkingen uitvoeren of vrije vorm gebruiken.

    • Diagram

      Diagrammen kunnen worden gebruikt met PowerPoint en Excel. In PowerPoint is de inhoud van diagrammen en tabellen alleen zichtbaar in de presentatiemodus. In diagramrapporten worden resultaten weergegeven in een diagramformaat dat boven het document zweeft. U kunt dit verplaatsen en de grootte ervan wijzigen. Wanneer u een diagram vernieuwt, worden zowel de onderdelen als de gegevens vernieuwd.

  7. Optioneel: als u een tabel of diagram wilt verplaatsen of het formaat ervan wilt wijzigen, klikt u in Inhoud document, klikt u op de pijl omlaag bij de knop Inhoud vernieuwen met pijl-omlaag en selecteert u Ontwerpmodus in-/uitschakelen in het menu.

    Nu kunt u objecten in het werkblad, op de dia of op de pagina verplaatsen.

  8. Als u een rapportbesturingselement wilt invoegen, selecteert u de Smart Slice in Inhoud document, klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u Nieuw rapportageobject/besturingselement invoegen.
  9. Selecteer in het dialoogvenster Nieuw rapportageobject/besturingselement invoegen een van de volgende soorten rapportbesturingselementen:
    • POV: een rapport kan maar één POV bevatten

    • Schuifbalk: een rapport kan meerdere schuifbalken bevatten. Zie voor meer informatie: Schuifbalken.

    Een rapport kan een POV of schuifbalken bevatten, maar niet beide.

  10. Vernieuw het document.
  11. Optioneel: als u een apart rapport wilt maken voor een onderdeel of voor alle onderdelen van één dimensie in het rapport en deze rapporten afzonderlijk trapsgewijs in de werkbladen van het werkboek wilt weergeven, raadpleegt u Rapporten en ad-hocrasters trapsgewijs weergeven.

    Opmerking:

    In rapporten die een diagram en een tabel bevatten, worden deze bij trapsgewijze weergave mogelijk overlappend getoond als u het werkboek de volgende keer opent.