Het viewsoort en de weergavestijl definiëren

Als u een view aanmaakt, definieert u het viewsoort en de weergavestijl. Dit doet u slechts eenmaal, tijdens het maken van de view. Als de view is gemaakt, kunt u deze twee instellingen niet meer bewerken.

Ga als volgt te werk om het viewsoort en de weergavestijl te definiëren:

  1. Roep View-ontwerper op, als u dat nog niet hebt gedaan (zie View-ontwerper starten).
  2. Selecteer in Viewsoort het soort view dat u aanmaakt:
    • Tabel

    • Draaitabel, de standaardoptie

    • Lijndiagram

    • Staafdiagram

    • Kolomdiagram

    • Vlakdiagram

    • Cirkeldiagram

    • Spreidingsdiagram

    • Gestapelde kolomdiagram

    Uw selectie bepaalt welke opties beschikbaar zijn in Weergavestijl plus de velden in het lay-outgebied.

    Opmerking:

    U kunt deze selectie niet wijzigen bij het bewerken van de view in Oracle Smart View for Office of Oracle Analytics Cloud.

  3. Selecteer in Weergavestijl een Viewsoort en een Weergavestijl-optie uit Tabel 29-1.

    De weergavestijl bepaalt hoe de view in Excel wordt ingevoegd.

    Opmerking:

    U kunt deze selectie niet wijzigen bij het bewerken van de view in Smart View of Oracle Analytics Cloud.

    Tabel 29-1 Geselecteerd viewsoort en de beschikbare weergavestijl

    Geselecteerd viewsoort Beschikbare weergavestijl

    Tabel

    Excel-tabel

    Tabel

    Draaitabel (standaard)

    Excel-draaitabel (standaard)

    Draaitabel

    Lijndiagram

    Staafdiagram

    Kolomdiagram

    Gebiedsdiagram

    Cirkeldiagram

    Spreidingsdiagram

    Gestapeld kolomdiagram

    Excel-diagram

    Diagramafbeelding

  4. Ga verder met het ontwerpen van de view door de volgende procedure te volgen in De viewlay-out definiëren .