Toelichtingen en onbekende onderdelen bewerken en verwijderen

U kunt toelichtingen en onbekende onderdelen bewerken met het dialoogvenster 'Toelichting bewerken'.

Voordat u begint, voert u de stappen in Toelichtingsweergave op het blad activeren uit.

Note:

In de procedure in dit onderwerp wordt getoond hoe u toelichtingen bewerkt op een ad-hocblad met de opdracht Toelichting bekijken en het dialoogvenster Toelichting bewerken in Smart View. U kunt toelichtingen ook rechtstreeks in het raster bewerken, zonder de Smart View-interface-elementen in dit onderwerp te gebruiken.

Ga als volgt te werk om toelichtingen op een ad-hocraster te bewerken of te verwijderen:
  1. Open een ad-hocraster met toelichtingen en klik op Vernieuwen.

    In het onderstaande voorbeeld worden in het raster enkele toelichtingen op het blad weergegeven.

    Figure 10-11 Raster met cellen die zijn gemarkeerd met toelichtingsstijl

    Raster met toelichtingscellen
  2. Klik op het ad-hoclint van de provider in de sectie Gegevens op Meer en klik vervolgens op Toelichtingen bekijken.

    Het dialoogvenster Toelichting bewerken wordt geopend.

    Op basis van het raster in het bovenstaande voorbeeld worden in het dialoogvenster Toelichting bewerken de toelichtingen op het blad getoond die kunnen worden bewerkt.

    Figure 10-12 Dialoogvenster 'Toelichting bewerken'

    Dialoogvenster 'Toelichting bewerken'
  3. Als u de tekst in een toelichtingscel wilt bewerken, klikt u in het dialoogvenster Toelichting bewerken in het tekstvak van de toelichtingscel die u wilt bewerken en wijzigt u de tekst.

    Met behulp van het voorbeelddialoogvenster Toelichting bewerken klikt u in het tekstvak van de toelichtingscel "Totaal entiteiten" en wijzigt u "Totaal entiteiten" in "Totaal entiteit".

  4. Klik op Wijzigingen toepassen. In het raster ziet u de gewijzigde tekst.

    Cellen die zijn bewerkt, zijn nu gemarkeerd met de stijl voor vervuilde cellen.

    Als u op Wijzigingen toepassen hebt geklikt, is cel B6 in het voorbeeldraster nu een vervuilde cel en wordt de stijl voor vervuilde cellen weergegeven totdat het blad is vernieuwd.

  5. Klik op Vernieuwen. De stijl van de vervuilde cel wordt gewist in de cellen die u hebt bewerkt en de betreffende celstijl wordt toegepast.

    In het voorbeeldraster wordt het resultaat na het vernieuwen getoond in Figure 10-13, waar cel B6 in de juiste celstijl wordt weergegeven.

    Figure 10-13 Raster na vernieuwen, toelichtingsstijl in cel B6 is gewist; onderdeel is gesynchroniseerd met kubus


    Na het vernieuwen is de celstijl voor de onderdeelnaam gewist. Celstijl wordt nog steeds getoond voor toelichtingscellen buiten het raster.

    De toelichtingen buiten het raster worden nog steeds weergegeven in de toelichtingsstijl.

  6. Ga als volgt te werk om toelichtingen te verwijderen:
    1. Start het dialoogvenster Toelichting bewerken, klik in het tekstvak van de cel om de bewerkbare tekst te markeren en druk op de toets Verwijderen.

      Op basis van het voorbeelddialoogvenster Toelichting bewerken in Figure 10-12, klikt u in het tekstvak voor de toelichtingscel voor cel G3, markeert u de tekst en drukt u op de toets Verwijderen om de toelichting te verwijderen. Herhaal voor cell G5.

    2. Klik op Wijzigingen toepassen in het dialoogvenster Toelichting bewerken om terug te keren naar het ad-hocrasterblad.
    3. Klik op Vernieuwen.

      Op basis van het voorbeeld in Figure 10-13 zijn er na het verwijderen van de toelichtingen in cellen G3 en G5 geen toelichtingen meer aanwezig in het raster, zoals wordt getoond in Figure 10-14.

      Figure 10-14 Raster na vernieuwen, toelichtingen en celstijl gewist van cellen G3 en G5

      Toont de cellen na vernieuwen, alle celstijlen zijn nu gewist van alle cellen die eerst toelichtingscellen zijn geweest. De celstijl voor onderdelen is toegepast op de onderdeelcel. De toelichtingen buiten het raster zijn leeg, geen kleur.