Maak kennis met de meest gebruikte administratieve taken in Essbase. Download voorbeelden van applicatiewerkmappen en gebruik deze om kubussen samen te stellen, gebruikers te faciliteren en verbinding te maken met Smart View voor gegevensanalyse. Bewerk de kubusstructuur door onderdelen toe te voegen. Voer een berekening uit, exporteer gegevens en ontdek de mogelijkheden van Cube Designer.
Begin pas met het doornemen van deze taken nadat u hebt gecontroleerd dat u kunt inloggen bij Essbase en dat Smart View en Cube Designer zijn geïnstalleerd op clientcomputers. Zie voor meer informatie: Cube Designer instellen.
In het applicatiewerkboek 'Voorbeeld blokopslag (dynamisch)' worden alle leden op niet-eindnodeniveau in de kubus dynamisch berekend. Dynamisch berekende waarden worden niet in de kubus opgeslagen. De waarden worden voor elke ophaalbewerking van een gebruiker opnieuw berekend en weergegeven.
Het voorbeeldapplicatiewerkboek (dynamisch) downloaden
Ga als volgt te werk om het applicatiewerkboek 'Voorbeeld blokopslag (dynamisch)' te downloaden:
Klik op de pagina Applicaties op Bestanden en vervolgens op Galerij > Applicaties > Demovoorbeelden > Blokopslag
.
Klik op het tabblad Blokopslag op het menu 'Acties' naast Sample_Dynamic_Basic.xlsx.
Sla het applicatiewerkboekbestand Sample_Dynamic_Basic.xlsx
op een lokaal station op.
De structuur van het (dynamische) voorbeeldapplicatiewerkboek onderzoeken
Applicatiewerkmappen bevatten een aantal werkbladen die de metagegevens voor de kubus definiëren, waaronder een werkmap 'Essbase.Cube' met daarin de namen van alle dimensies in de kubus evenals andere gegevens van deze dimensies. Daarnaast bevatten de werkmappen afzonderlijke werkbladen voor elke dimensie en een gegevenswerkblad.
Open Sample_Basic_Dynamic.xlsx
in Microsoft Excel.
Het werkblad 'Essbase.Cube' bevat de definities van de applicatienaam (Sample_Dynamic), de kubusnaam (Basic), de namen van 10 dimensies en andere gegevens over de dimensies.
Elke dimensie heeft een eigen werkblad (Dim.dimensienaam) waarin de dimensie verder wordt gedefinieerd met gegevens, bijvoorbeeld de opbouwmethode en de incrementele modus. Omdat de opbouwmethode voor elke dimensie in dit voorbeeld PARENT-CHILD is, worden de onderdelen gedefinieerd in de kolommen PARENT en CHILD.
In het werkblad Dim.Year worden rollups van maanden uitgevoerd naar kwartalen en rollups van kwartalen naar jaren. Voor de onderliggende onderdelen 'Jan', 'Feb' en 'Mar' wordt bijvoorbeeld een rollup uitgevoerd naar het bovenliggende onderdeel 'Qtr1'. Voor het onderliggende onderdeel 'Qtr1' wordt een rollup uitgevoerd naar het bovenliggende onderdeel 'Year'.
De structuur van de werkbladen 'Dim.Product' en 'Dim.Market' is vergelijkbaar. In 'Dim.Product' wordt voor de SKU's een rollup uitgevoerd naar de productfamilies, en voor de productfamilies wordt een rollup uitgevoerd naar het product. Stel dat voor de onderliggende onderdelen 100-10, 100-20 en 100-30 (SKU's) een rollup wordt uitgevoerd naar het bovenliggende onderdeel 100 (productfamilie). Voor het onderliggende onderdeel 100 wordt een rollup uitgevoerd naar het bovenliggende onderdeel 'Product'.
Dit voorbeeldapplicatiewerkboek bevat gegevens. Schuif naar het laatste werkblad (Data.Basic) om de structuur van de kolommen en de gegevens te bekijken.
In dit onderwerp hebt u geleerd hoe u een applicatiewerkmap downloadt en de structuur ervan onderzoekt. In het volgende onderwerp leert u aanvullende sjablonen te openen met behulp van de sectie 'Galerij' van de bestandscatalogus.
In Een voorbeeld van een dynamische applicatiewerkmap downloaden en de structuur ervan onderzoeken hebt u meer geleerd over de structuur van een applicatiewerkboek door Sample_Basic_Dynamic.xlsx
te onderzoeken.
Een applicatie maken in de Essbase webinterface
Sample_Basic_Dynamic.xlsx
, dat u hebt opgeslagen in Een voorbeeld van een dynamische applicatiewerkmap downloaden en de structuur ervan onderzoeken.Opmerking:
Vouw in de Klassieke webinterface Geavanceerde opties en Opbouwoptie uit en kies de optie om een database te maken en gegevens te laden.Alle gegevens uit het applicatiewerkboek worden nu weergegeven in de nieuwe kubus.
Een gebruiker faciliteren voor toegang tot en query's in de kubus
Opmerking:
U kunt niet door op Toevoegen in dit dialoogvenster te klikken nieuwe gebruikers toevoegen. In plaats daarvan kunt u gebruikers toevoegen die al zijn geprovisioneerd met een identiteitsprovider. Bij dit onderwerp wordt ervan uitgegaan dat u gebruikers hebt geprovisioneerd. Er zijn verschillende manieren om Essbase gebruikers te provisioneren. Zie Essbase gebruikersrollen en applicatierechten beheren voor onafhankelijke implementaties of Gebruikers en rollen beheren voor stackimplementaties.In Een applicatie in Smart View analyseren gaat u naar Smart View, logt u in als de gebruiker die u zojuist hebt gefaciliteerd en voert u een query uit voor de kubus.
In Een applicatie maken in de webinterface van Essbase en een gebruiker faciliteren voor toegang tot en het bevragen van de kubus hebt u een applicatie en een kubus met gegevens gemaakt en gebruikers gefaciliteerd.
Voor deze taak wordt aangenomen dat u Smart View hebt geïnstalleerd. Zie voor meer informatie: Smart View Installer downloaden en uitvoeren.
Vanuit Smart View verbinding maken met de kubus
Open Microsoft Excel.
Als Smart View is geïnstalleerd, wordt het lint Smart View weergegeven in Excel.
/essbase/smartview
toe aan het einde van die URL. Bijvoorbeeld https://192.0.2.1:443/essbase/smartview
.Markeer de basiskubus en klik op Verbinden.
Ad-hocanalysen uitvoeren
U kunt 'Boven' of 'Onder' opgeven als de positie van het hogere niveau voor een hiërarchie op het tabblad 'Onderdeelopties' van het dialoogvenster 'Opties' in Smart View. SSANCESTORONTOP moet eerst door een beheerder worden geactiveerd in de applicatieconfiguratie in de webinterface van Essbase. Het raster verandert van vorm wanneer u een inzoombewerking uitvoert. Hier gebruikt u de standaardpositie, 'Onder'.
Klik op het lint van Essbase op Vernieuwen. Het raster ziet er nu ongeveer als volgt uit:
Het raster ziet er nu ongeveer als volgt uit:
Het raster ziet er nu ongeveer als volgt uit:
Het raster ziet er nu ongeveer als volgt uit:
Het raster ziet er nu ongeveer als volgt uit:
Het raster ziet er nu ongeveer als volgt uit:
Omdat niet elk product in elke staat wordt verkocht, wordt in sommige cellen het label '#Missing' weergegeven in plaats van een gegevenswaarde.
In deze taak hebt u eenvoudig door een gegevensraster genavigeerd, hebt u ingezoomd op gegevens en hebt u gegevens gedraaid door in het raster zelf te klikken. U kunt deze acties ook uitvoeren met behulp van de hulpmiddelen op het lint van Essbase. Als u ondersteuning wilt bij het gebruik van Smart View, klik u op het tabblad Smart View en klikt u vervolgens op Help.
In Essbase structuren wijzigen gaat u terug naar de webinterface en wijzigt u een structuur.
In Een applicatie in Smart View analyseren hebt u een applicatie geanalyseerd in Smart View.
Nieuw onderdeel maken
Om te beginnen maakt u een nieuw onderdeel.
Selecteer in de Essbase webinterface, op de pagina Applicaties, de kubus Basic in de applicatie Sample_Dynamic.
Klik op het menu Acties en selecteer Structuur.
Klik op Bewerken.
Vouw de dimensie 'Scenario' uit door op de pijl naast Scenario te klikken.
Voeg een onderdeel in.
Klik op Bewerken om de structuur in de bewerkingsmodus te zetten.
Vouw de dimensie Scenario uit.
Selecteer het onderdeel Budget.
Selecteer Onderdeel op hetzelfde niveau onder geselecteerd onderdeel toevoegen op de structuurwerkbalk onder Acties.
Voer de onderdeelnaam in, Prognose, en druk op Tab.
Selecteer de consolidatieoperator tilde (~) in de lijst.
Het onderdeel 'Prognose' wordt niet geaggregeerd met de andere onderdelen in de desbetreffende dimensie.
Laat het type dataopslag op Gegevens opslaan staan, omdat we willen dat gebruikers prognosegegevens kunnen invoeren.
Klik op Opslaan.
Het onderdeel 'Prognose' vullen met gegevens
Om het onderdeel 'Prognose' met gegevens te vullen, maken we een rekenscript en berekenen we prognosegegevens.
salesfcst
in.Voer in het vak Scriptcontent een eenvoudige formule in:
Forecast(Sales=Sales->Actual*1.03;)
De prognose voor de verkoop is gelijk aan de werkelijke verkoop vermenigvuldigd met 1,03. Hiermee wordt het onderdeel 'Prognose' voor 'Verkoop' gevuld met een waarde die 3% hoger is dan de werkelijke verkoop.
Selecteer in de Essbase webinterface, op de pagina Applicaties, de kubus Basic in de applicatie Sample_Dynamic, klik op het menu Acties en selecteer Inspecteren.
Selecteer in het dialoogvenster Basis het tabblad Scripts . Selecteer Berekeningsscripts en klik op om een berekeningsscript toe te voegen.
Voer in het veld Scriptnaam de naam salesfcst
in.
Voer in het vak Scriptcontent een eenvoudige formule in:
Forecast(Sales=Sales->Actual*1.03;)
De prognose voor de verkoop is gelijk aan de werkelijke verkoop vermenigvuldigd met 1,03. Hiermee wordt het onderdeel 'Prognose' voor 'Verkoop' gevuld met een waarde die 3% hoger is dan de werkelijke verkoop.
Klik op Opslaan en sluiten.
Sluit het database-inspectieprogramma door op Sluiten te klikken totdat alle tabbladen gesloten zijn.
Het script uitvoeren
Berekeningsscripts worden uitgevoerd als taken.
Selecteer in het dropdownmenu Nieuwe taak de optie Berekening uitvoeren.
Selecteer in het dialoogvenster Berekening uitvoeren in het veld Applicatie de applicatie Sample_Dynamic.
Merk op dat het veld Database automatisch wordt ingevuld in de kubus Basic.
Selecteer in het menu Scripts het rekenscript verkprogn dat u hebt gemaakt.
Klik op Versturen.
Klik op Vernieuwen om te zien of de taak is voltooid.
In Prognosegegevens analyseren in Smart View gaat u deze nieuwe prognosegegevens analyseren in Excel. Maar eerst gaan we dieper in op het beheren van taken.
In Een applicatie in Smart View analyseren hebt u geleerd hoe u gegevens analyseert in Smart View. In Essbase structuren wijzigen hebt u het onderdeel 'Forecast' toegevoegd aan de structuur en dit gevuld met gegevens.
U maakt nu opnieuw verbinding met de kubus in Smart View en voert een verdere analyse van de gegevens uit.
Maak via het lint van Smart View opnieuw verbinding met de kubus 'Basic' in de applicatie 'Sample_Dynamic'.
In de lijst 'Privéverbindingen' ziet u de vorige verbindings-URL.
In het resulterende raster ziet u de resultaten van uw berekening. De jaarlijkse verkoopgegevens worden vernieuwd voor zowel de werkelijke verkoop (Actual) als de verwachte verkoop (Forecast) en de prognose is ongeveer 3% hoger dan de werkelijke verkoop:
Het testresultaat moet de toename van 3% bevestigen. Hierbij is de werkelijke verkoop 400511, de verwachte verkoop 412526,3 en is E3 1,0.
Het raster ziet er nu als volgt uit:
Het raster ziet er nu als volgt uit:
Het raster ziet er nu als volgt uit:
In deze taak hebt u geleerd hoe eenvoudig het is om de kubus te analyseren en te bewerken in Smart View, zolang u maar over de juiste facilitering beschikt.
In Applicaties en kubussen maken in Cube Designer raakt u vertrouwd met Cube Designer.
In Prognosegegevens analyseren in Smart View hebt u gegevens geanalyseerd in Excel. Gebruikers die in Excel werken, kunnen applicaties ontwerpen en implementeren met behulp van Cube Designer.
Het applicatiewerkboek openen in Cube Designer
Log in als hoofdgebruiker en download de applicatiewerkmap Sample_Basic.xlsx vanuit de galerij.
Open Excel en klik op Catalogus op het lint van Cube Designer.
Als u wordt gevraagd in te loggen, logt u in als een hoofdgebruiker.
Klik op Galerij, navigeer naar Applicaties > Demovoorbeelden > Blokopslag
en dubbelklik op Sample_Basic.xlsx.
Het applicatiewerkboek 'Sample Basic' verschilt van het applicatiewerkboek 'Sample Basic Dynamic'. In het eerste werkboek bevatten de dimensies 'Product' en 'Market' geen dynamisch berekende onderdelen.
Ga bijvoorbeeld naar het werkblad 'Dim.Market' in Sample_Basic.xlsx
. Bekijk de kolom Storage. Deze bevat geen X'en. Dit wijst erop dat de onderdelen zijn opgeslagen. X'en in de kolom Storage geven dynamisch berekende onderdelen aan.
Dus als u dimensies hebt gemaakt en de gegevens hebt geladen, moet u ook de kubus berekenen.
Het maken, laden en berekenen van de kubus kan allemaal worden uitgevoerd in het dialoogvenster Kubus opbouwen.
Kubus maken, laden en berekenen
Met behulp van het applicatiewerkboekSample_Basic.xlsx
kunt u in Cube Designer een kubus maken, laden en berekenen.
Met het applicatiewerkboek 'Sample Basic' (Sample_Basic.xlsx
) nog geopend, klikt u op het lint van Cube Designer op Kubus opbouwen .
Selecteer in het menu Opbouwoptie de optie Kubus maken.
Klik op Uitvoeren.
Als er een applicatie voorkomt met dezelfde naam, wordt u gevraagd de applicatie en de kubus te overschrijven. Klik op Ja om de oorspronkelijke applicatie te verwijderen en deze nieuwe applicatie op te bouwen.
Klik op Ja om de selectie te bevestigen.
Het pictogram Taken bekijken geeft een zandloper weer terwijl de taak wordt uitgevoerd. De taak wordt op de achtergrond uitgevoerd en u krijgt een melding in Cube Designer wanneer de taak is voltooid en of deze is geslaagd.
Klik op Ja om Taakweergave te starten en de status van de taak te bekijken.
Applicaties bekijken in de webinterface
Bekijk en inspecteer de nieuwe applicatie in de Essbase webinterface en controleer of er zowel op niveau nul als op hoger niveau blokken bestaan om er zeker van te zijn dat de kubus volledig is berekend.
In de Redwood interface:
Bekijk de structuur om te zien dat de verwachte dimensies aanwezig zijn.
In de klassieke webinterface:
Log in bij de Essbase webinterface.
Ga naar de pagina Applicaties, vouw de applicatie Voorbeeld uit en selecteer de kubus Basic.
Klik op het menu 'Acties' rechts van de kubus Basic en selecteer Structuur.
Bekijk de structuur om te zien dat de verwachte dimensies aanwezig zijn.
Ga terug naar de pagina Applicaties, vouw de applicatieVoorbeeld uit en selecteer de kubus Basic.
Klik op het menu 'Acties' rechts van de kubus Basic en selecteer Inspecteren.
In het inspectieprogramma selecteert u Statistieken.
Op het tabblad Algemeen, in de kolom Opslag, ziet u dat er blokken van niveau 0 en hoger aanwezig zijn. Dit betekent dat de kubus volledig is berekend.
In Gegevens analyseren en een incrementele update uitvoeren in Cube Designer analyseert u gegevens in deze kubus en voert u incrementele updates uit vanuit Excel.
In Applicaties en kubussen maken in Cube Designer hebt u een kubus opgebouwd, gegevens geladen en het berekeningsscript uitgevoerd dat in het werkboek is gedefinieerd.
Controleer of de kubus correct is opgebouwd en zie hoe u gegevens kunt analyseren.
Open Excel en klik op Analyseren op het lint van Cube Designer.
Selecteer in het menu Analyseren de optie Zoekvraagbladen verbinden.
Als u wordt gevraagd in te loggen, voert u uw Essbase gebruikersnaam en wachtwoord in.
U bent verbonden met de kubus 'Basic' in de voorbeeldapplicatie.
U kunt de gegevens nu analyseren.
Zoom via het lint van Essbase in op Cream Soda als u alle producten op laag niveau wilt zien die deel uitmaken van de serie 'Cream Soda'.
Zoom uit van New York als u de hele oostelijke regio wilt zien en zoom opnieuw uit om alle markten te zien.
Voeg een hiërarchie toe aan de productdimensie en bekijk de resultaten in Smart View.
Ga naar het werkblad 'Dim.Product' en werk de productdimensie bij met een paar extra producten.
Voeg nieuwe onderdelen in het werkboek in, volgend op de reeks met 400-producten.
Maak een nieuw bovenliggend product met 500 als onderliggend product en geef het de standaardaliasnaam 'Cane Soda'.
Maak drie nieuwe SKU's onder 500: 500-10, 500-20 en 500-30.
Geef aliassen op voor de nieuwe SKU's. Noem ze 'Cane Cola', 'Cane Diet Cola' en 'Cane Root Beer'.
Sla het bijgewerkte werkboek op.
Klik op het lint van Cube Designer op Kubus opbouwen .
De standaardoptie voor het opbouwen is Kubus bijwerken: alle gegevens behouden omdat de applicatie al op de server bestaat en u de applicatie-eigenaar bent die de applicatie heeft gemaakt.
Klik op Uitvoeren.
Wanneer wordt gemeld dat de taak is voltooid, klikt u op Ja om het venster Taakweergave te openen.
U moet Geslaagd te zien krijgen. Als Fout wordt geretourneerd, kunt u op de taak dubbelklikken voor meer informatie.
Sluit Taakweergave.
Ga naar het werkblad 'Query.Sample'.
Navigeer naar het hoogste niveau van de dimensie 'Product' door 'Dark Cream' te markeren en uit te zoomen met behulp van het lint van Essbase. Zoom vervolgens uit op 'Cream Soda'.
Selecteer opnieuw 'Product' en klik op Inzoomen.
Selecteer 'Cane Soda' en klik op Alleen behouden.
Selecteer 'Cane Soda' en Inzoomen om de onderliggende niveaus te zien.
Als u leden toevoegt aan de dimensie 'Product', worden die leden niet automatisch gevuld met gegevens. U kunt gegevens invullen met behulp van Smart View of door gegevens te laden.
Applicatiewerkmappen zijn handig bij het ontwerpen van Essbase kubussen wanneer u al weet welke elementen u nodig hebt voor het opbouwen van een kubus of wanneer u een voorbeeld hebt.
In Tabelgegevens tot een kubus transformeren maakt u een applicatie met behulp van een Excel-werkblad met kolommen zonder een specifieke Essbase structuur.
Gegevens uit externe bronsystemen, zoals ERP-tabellen of datawarehouse, worden niet opgemaakt als een applicatiewerkmap. U kunt Cube Designer nog steeds gebruiken om er een kubus mee te maken.
In Metagegevens en gegevens exporteren en wijzigen maakt u een hiërarchie voor deze eenheden zodat u de inkomsten ziet na verrekende kortingen, en de totale kosten (vast en variabel).
In Tabelgegevens tot een kubus transformeren hebt u een applicatie en kubus gemaakt op basis van tabelgegevens.