Gebruikers van een dashboardpagina of analyse kunnen de mogelijkheid hebben om de gegevens die ze in een tabel zien te wijzigen.
Deze mogelijkheid om gegevens te bewerken wordt vaak 'terugschrijven' genoemd. Gebruikers kunnen een waarde in de weergave bijwerken die wordt teruggeschreven naar het record in de gegevensbron of die wordt gebruikt in andere weergaven in de analyse.
U kunt bijvoorbeeld een analyse maken waarin het veld voor verkoopquotabedrag is gedefinieerd als terugschrijfveld, het veld voor verkoopbedrag als een veld van het gegevensmagazijn, en het veld voor percentage van quotum als berekend veld (verkoopbedrag/verkoopquotumbedrag). Bij het bekijken van de analyse kan een gebruiker de waarde in het veld voor verkoopquotumbedrag wijzigen, waarna de waarde van het bedrag voor percentage van quotum navenant opnieuw wordt berekend.
Opmerking:
Als een gebruiker die is ingelogd, al een dashboard met een analyse weergeeft waarin de gegevens zijn gewijzigd via terugschrijven, worden de gegevens niet automatisch vernieuwd in het dashboard. Om de bijgewerkte gegevens weer te geven, moet de gebruiker het dashboard handmatig vernieuwen.Waarden kunnen door gebruikers worden gewijzigd op basis van rechten.
Bij de mogelijkheid om waarden te wijzigen, zijn de volgende typen gebruikers betrokken:
Beheerders van de repository configureren de kolommen in de repository zodat terugschrijven mogelijk is.
Beheerders stellen rechten voor terugschrijven in en maken een terugschrijfsjabloon. Beheerders en inhoudontwerpers configureren het terugschrijven vanuit tabelweergaven in dashboards en analysen.
Eindgebruikers wijzigen records in tabelweergaven.
Dit proces moet worden gevolgd om terugschrijven op te nemen in de gebruikersfunctionaliteit.
In de volgende lijst worden de stappen van het terugschrijfproces beschreven:
Als inhoudontwerper werkt u samen met de beheerder van de repository om de rapportagebehoeften voor de organisatie in kaart te brengen en een lijst te maken met benodigde terugschrijfkolommen en de analysen waarin deze kolommen moeten worden weergegeven.
Hiërarchische kolommen zijn niet geschikt voor terugschrijven, maar attribuutkolommen, grootheidkolommen en dubbele kolommen wel. In het geval van dubbele kolommen kunt u terugschrijven naar de weergavekolom. Er wordt geen automatische vertaling van de codekolom geboden.
De beheerder van de repository configureert de Oracle BI server en de kolommen die beschikbaar moeten zijn voor terugschrijven, zoals beschreven in Metadata Repository Builder's Guide for Oracle Business Intelligence Enterprise Edition.
De beheerder voert de volgende taken uit:
Een bestand met de SQL-code maken dat wordt gebruikt als 'sjabloon' voor terugschrijven.
De benodigde rechten toewijzen om terugschrijven in te stellen en te gebruiken. De beheerder geeft u bijvoorbeeld de rechten om weergaven te maken waarin gebruikers waarden kunnen wijzigen.
Zie "Configuring for Write Back in Analyses and Dashboards" in System Administrator's Guide for Oracle Business Intelligence Enterprise Edition voor informatie over de sjabloon voor terugschrijven en rechten.
Als inhoudontwerper activeert u een of meer kolommen voor terugschrijven, zoals beschreven in Terugschrijven inschakelen voor een kolom.
Als inhoudontwerper activeert u een tabelweergave voor terugschrijven, zoals beschreven in Terugschrijven inschakelen voor een tabelweergave.
Als inhoudontwerper geeft u gebruikers informatie over het werken met de functie voor terugschrijven, zoals beschreven in Gegevens wijzigen in een tabelweergave op een dashboardpagina of in een analyse.
Gebruikers wijzigen de waarden in de weergaven waar nodig.
Beheerders en inhoudontwerpers gebruiken het tabblad 'Terugschrijven' van het dialoogvenster 'Kolomeigenschappen' om terugschrijven in te schakelen voor een kolom.
De juiste rechten moeten zijn ingesteld en de attribuutkolom, eenheidkolom of dubbele kolom moet zijn ingesteld als beschrijfbaar in de repository. Controleer of de kolom is gekoppeld aan de sjabloon voor terugschrijven die de beheerder heeft gemaakt. In alle tabelweergaven die de kolom bevatten, kan de kolom worden weergegeven als beschikbaar voor terugschrijven.
Ga als volgt te werk om terugschrijven te activeren voor een kolom:
U activeert terugschrijven voor een tabelweergave met behulp van het tabblad Terugschrijven in het dialoogvenster Tabeleigenschappen.
Ga als volgt te werk om terugschrijven te activeren voor een tabelweergave:
Gebruikers kunnen in meerdere modi werken wanneer terugschrijven is geactiveerd.
Als u terugschrijven activeert voor een weergave en de standaardsysteemwaarden accepteert, heeft een gebruiker de beschikking over twee verschillende modi om te werken met waarden:
Modus 'Bekijken': in deze modus bekijkt een gebruiker waarden. Gebruikers die waarden willen wijzigen, moeten op de knop Bijwerken klikken om de modus 'Bewerken' te activeren.
Opmerking:
Als een gebruiker die is ingelogd, al een dashboard met een analyse weergeeft waarin de gegevens zijn gewijzigd via terugschrijven, worden de gegevens niet automatisch vernieuwd in het dashboard. Om de bijgewerkte gegevens weer te geven, moet de gebruiker het dashboard handmatig vernieuwen.Modus 'Bewerken': in deze modus kan de gebruiker de waarden wijzigen. De gebruiker activeert de modus 'Bewerken' door te klikken op de knop Bijwerken in de weergave als deze beschikbaar is. In de modus 'Bewerken' voert de gebruiker gegevens in kolommen in en kan de gebruiker klikken op de volgende knoppen:
Terugdraaien: hiermee worden de oorspronkelijke waarden hersteld voor wijzigingen die de gebruiker heeft aangebracht maar nog niet heeft teruggeschreven naar de gegevensbron. De modus 'Bewerken' blijft actief.
Toepassen: hiermee worden de door de gebruiker aangebrachte wijzigingen teruggeschreven naar de gegevensbron en wordt de weergave vernieuwd, zodat de wijzigingen zichtbaar zijn in de gegevens. De modus 'Bewerken' blijft actief.
Gereed: hiermee worden de door de gebruiker aangebrachte wijzigingen teruggeschreven naar de gegevensbron en wordt de weergave vernieuwd, zodat de wijzigingen zichtbaar zijn in de gegevens. De gebruiker keert terug naar de modus 'Bekijken'.
U kunt de labels van deze knoppen wijzigen met behulp van de opties op het tabblad Terugschrijven van het dialoogvenster Eigenschappen voor de weergave. U kunt ook het selectievakje Tabelmodus in- of uitschakelen gebruiken om aan te geven dat gebruikers niet kunnen schakelen tussen de modus 'Bekijken' en 'Bewerken'. De modus 'Bewerken' blijft dan altijd actief. Als u 'Tabelmodus in- of uitschakelen' uitschakelt, is de knop Bijwerken niet zichtbaar in de weergave.