Werken met gegevensselecties

Als u opgeeft welke gegevensleden u wilt opnemen in een analyse, maakt u gegevensselecties van de gegevensbron.

Elke selectie omvat de criteria voor een set leden voor een bepaalde kolom, zoals 'Product' of 'Geografie'. Elke selectie bestaat uit een of meer stappen. Een stap is een instructie die van invloed is op de selectie, zoals het toevoegen van 'Product'-leden waarvan de waarden de tekst 'ABC' bevatten. De volgorde waarin stappen worden uitgevoerd, is van invloed op de gegevensselectie. Elke stap wordt uitgevoerd op de resultaten van eerdere stappen, in plaats van op alle leden voor die kolom.

U kunt deze selectiestappen bekijken in het deelvenster 'Selectiestappen'. Stappen worden gemaakt op de volgende manieren:

  • Wanneer u een kolom aan een analyse toevoegt, wordt automatisch een selectiestap gemaakt om met alle leden te starten, tenzij u expliciet bepaalde leden toevoegt. Als u kolomleden naar het tabblad 'Resultaten' sleept om aan de analyse toe te voegen, worden eveneens automatisch stappen gemaakt. Stel bijvoorbeeld dat u de leden 'Boekjaar2007' en 'Boekjaar2008' van de hiërarchische kolom 'Jaar' naar een draaitabel sleept en neerzet. Hierop wordt de selectiestap 'Toevoegen Boekjaar2007, Boekjaar2008' gemaakt.

  • Als u groepen en berekende items toevoegt, worden automatisch stappen gemaakt.

  • Wanneer u gebruikmaakt van interacties door met de rechtermuisknop te klikken (zoals Gerelateerd toevoegen of Alleen behouden) om de selectie met gegevens voor een bepaalde hiërarchische kolom of attribuutkolom te beperken, worden automatisch stappen gemaakt. Als u deze selectiestappen wilt verwijderen, gebruikt u interacties met de rechtermuisknop, zoals Groep verwijderen of Berekend item verwijderen. Zie Interacties rechtermuisknop in weergaven voor aanvullende informatie.

  • U kunt handmatig stappen maken met behulp van het deelvenster 'Selectiestappen' om de gegevensselectie voor een bepaalde hiërarchische kolom of attribuutkolom te verfijnen. Het deelvenster 'Selectiestappen' kan worden weergegeven vanuit meerdere locaties, zoals het tabblad Resultaten, het tabblad Criteria en sommige weergave-editors.

Dit zijn de mogelijke typen selectiestappen:

  • Expliciete lijst met leden: een stap kan een lijst met leden voor een kolom omvatten, bijvoorbeeld 'Amsterdam', 'Den Haag', 'Utrecht' en 'Zuiden'. Voor hiërarchische kolommen kunnen de leden van verschillende hiërarchieniveaus afkomstig zijn. Voor attribuutkolommen kunnen de leden alleen afkomstig zijn van die kolom.

  • Voorwaardestap: een stap kan omvatten dat leden worden geselecteerd uit een kolom op basis van een voorwaarde. Er zijn allerlei typen voorwaarden mogelijk, bijvoorbeeld een die is gebaseerd op eenheden of op de hoogste/laagste waarde. Deze lijst met leden is dynamisch en wordt vastgesteld in runtime.

  • Stap die is gebaseerd op een hiërarchie: een stap voor hiërarchische kolommen die u in staat stelt het type relatie voor de selectie van leden te selecteren. U kunt een familierelatie selecteren (zoals 'Kinderen van' of 'Ouder van'), een specifiek hiërarchieniveau (alleen voor op niveau gebaseerde hiërarchieën) of een niveaurelatie (alleen voor op niveau gebaseerde hiërarchieën).

  • Groepen en berekende items: een stap kan een groep of berekend item omvatten. Groepen en berekende items kunnen alleen worden gebruikt bij stappen van het type 'Toevoegen', niet bij stappen van het type 'Alleen behouden' of 'Verwijderen'.

    Zie Werken met groepen en berekende items voor meer informatie.

Opmerking:

Wanneer u met selectiestappen werkt en u zoekt naar leden in hiërarchische kolommen die geen tekst bevatten (bijvoorbeeld datum of tijd), levert de zoekopdracht geen resultaten op.

Selectiestappen maken

U kunt stappen maken in het deelvenster 'Selectiestappen', dat vanuit diverse plaatsen kan worden weergegeven.

In de volgende procedure wordt beschreven hoe u stappen maakt via het tabblad 'Resultaten'.

Ga als volgt te werk om selectiestappen te maken:

  1. Open het tabblad Resultaten van de Analyse-editor.
  2. Als u het deelvenster 'Selectiestappen' niet ziet, kunt u het weergeven door te klikken op de werkbalkknop Venster 'Selectiestappen' tonen/verbergen.

    Het deelvenster kan ook zijn samengevouwen onder aan het tabblad Resultaten. Klik op het plusteken om het uit te vouwen.

  3. Klik op de koppeling Vervolgens, nieuwe stap voor de kolom waarvan u stappen wilt definiëren.
  4. Selecteer in het menu de optie voor het type stap dat u wilt maken en vul het resulterende dialoogvenster in.

Selectiestappen worden automatisch gemaakt wanneer u gebruikmaakt van interacties door met de rechtermuisknop te klikken (zoals Gerelateerd toevoegen of Alleen behouden) om de selectie met gegevens voor een bepaalde hiërarchische kolom of attribuutkolom in een weergave te beperken. Zie voor meer informatie: Interacties rechtermuisknop in weergaven.

Nadat u selectiestappen aan de analyse hebt toegevoegd, kunt u op het tabblad Resultaten in de Analyse-editor de weergave 'Selectiestappen' aan de analyse toevoegen. Als u de weergave 'Selectiestappen' hebt toegevoegd, kan de gebruiker bij uitvoering de selectiestappen zien die op de analyse zijn toegepast. Zie het tabblad Resultaten van de Selectiestappeneditor voor meer informatie over het toevoegen van de weergave 'Selectiestappen'.

Selectiestappen bewerken

U kunt bestaande selectiestappen bewerken volgens de onderstaande procedure.

Ga als volgt te werk om selectiestappen te bewerken:

  1. Wijs de stap aan in het deelvenster 'Selectiestappen' en klik vervolgens op een knop op de resulterende werkbalk.

    U kunt verschillende taken uitvoeren, bijvoorbeeld een dialoogvenster weergeven om de stap te bewerken, de stap te verwijderen of de volgorde van de stappen te wijzigen door de stap omhoog of omlaag te verplaatsen in de lijst met stappen.

    Voor een groep of berekend item klikt u op de bijbehorende naam. Er wordt dan een menu weergegeven met opties om de groep of het berekende item te bewerken en op te slaan.

Selectiestappen opslaan als een groepsobject

Door selectiestappen op te slaan als een groepsobject, kunt u ze opnieuw gebruiken op andere locaties.

Als u een set selectiestappen hebt gemaakt, kunt u de set opslaan en opnieuw gebruiken als een groepsobject, zoals beschreven in Groepen en berekende items opslaan als inline of benoemd.

Werken met selectiestappen en dubbele kolommen

Als uw repository voor dubbele kolommen is geconfigureerd, kunt u een selectiestap voor een dubbele kolom maken.

Als u een selectiestap wilt maken voor een dubbele kolom, selecteert u de weergavewaarden voor die kolom. De stap wordt vervolgens automatisch geëvalueerd met behulp van de codewaarden die overeenkomen met die weergavewaarden.

Als u dubbele kolommen gebruikt, moet u zorgvuldig te werk gaan in het dialoogvenster Nieuw berekend item. U kunt een positionele operator in de aangepaste formule voor het berekende item opnemen, bijvoorbeeld $1, hetgeen overeenkomt met de kolom van de eerste rij in de gegevensset. Als u een positionele operator opneemt, kunnen de weergavewaarden niet worden afgestemd op de codewaarden bij het evalueren van de formule.

Zie Functionaliteit voor dubbele kolommen voor meer informatie over dubbele kolommen.