Werkblad Cube.Settings: Uitleg

In het werkblad 'Cube.Settings' worden het applicatietype (geaggregeerde opslag of blokopslag) en diverse eigenschappen van kubussen en structuren (zoals onderdelen van dynamische tijdreeksen en vervangingsvariabelen) gedefinieerd.

De vijf secties in het werkblad 'Cube.Settings' bevatten informatie over de bijbehorende velden en waarden en hoe deze velden en waarden kunnen worden gewijzigd met het ontwerperpaneel.

Werkblad Cube.Settings: Aliastabellen: Uitleg

Deze sectie van het werkblad 'Cube.Settings' bevat aliastabellen die moeten worden gemaakt voor de kubus.

De sectie moet in ieder geval de rij 'Standaard' bevatten.

Eigenschap of veld Geldige waarden Beschrijving

Default

Default

Elke kubus heeft een tabel met de naam 'Standaard'. U kunt aanvullende aliastabellen maken in de rijen na de rij 'Standaard'.

Rijen na de standaardrij. Deze nieuwe rijen kunnen handmatig worden gemaakt, maar u kunt ook het ontwerperpaneel gebruiken.

Naamconventies voor onderdeelnamen zijn van toepassing. Zie voor meer informatie: Naamconventies voor dimensies, onderdelen en aliassen.

U kunt door middel van meerdere aliastabellen meerdere aliassen instellen voor een onderdeel.

Als u aliastabellen wilt definiëren, voegt u de desbetreffende namen toe op het werkblad 'Cube.Settings' in de sectie 'Aliastabellen (alternatieve onderdeelnamen)'. In het werkboek voor Sample Basic bijvoorbeeld zijn zes aliastabellen gedefinieerd.


Applicatiewerkboek voor de kubus Sample Basic met het werkblad 'Cube.Settings' actief. De afbeelding is gericht op de sectie 'Aliastabellen (alternatieve onderdeelnamen)'. De vermelde aliastabellen zijn Default, Long Names, ChineseNames, JapaneseNames, RussianNames en GermanNames.

Een aliastabel is van toepassing op alle onderdelen in de structuur. U hoeft echter alleen een aliasnaam voor een onderdeel opgeven als u deze nodig hebt. U kunt maximaal 56 aliastabellen gebruiken als u meer dan een naam nodig hebt voor onderdelen in de structuur.

Wanneer u een nieuwe aliastabel maakt, is deze leeg. U kunt een nieuwe set aliassen beschikbaar maken voor gebruikers door de aliastabel te vullen met aliassen voor enkele onderdelen.

Definieer de inhoud van de aliastabellen per dimensie door kolommen met aliassen toe te voegen aan de sectie 'Onderdelen' van de dimensiewerkbladen.


Applicatiewerkboek voor de kubus Sample Basic met het werkblad 'Dim.Product' actief. De afbeelding richt zich op de kolommen PARENT, CHILD, ALIAS.Default, ALIAS.ChineseNames, ALIAS.JapaneseNames, ALIAS.RussianNames, ALIAS.GermanNames in de sectie 'Onderdelen' van het werkblad.

De namen van de kolommen moeten de volgende indeling hebben: ALIAS.<AliasTableName>.

Zoals u ziet, bestaat er geen kolom ALIAS.Long Names. Hoewel het werkblad 'Cube.Settings' aangeeft dat een aliastabel met de naam 'Long Names' wordt gebouwd, is deze aliastabel leeg als er geen aliassen zijn gedefinieerd op de dimensiewerkbladen.

Zie ook Aliassen instellen.

Werkblad Cube.Settings: Eigenschappen: Uitleg

In de volgende tabel ziet u de velden, waarden en beschrijvingen voor de sectie 'Eigenschappen' van het werkblad 'Cube.Settings':

Tabel A-2 Sectie 'Eigenschappen' van het werkblad 'Cube.Settings':

Eigenschap of veld Geldige waarden Beschrijving

Application Type

  • ASO
  • BSO

Dit is een applicatie-eigenschap.

Hiermee wordt gedefinieerd of de kubussen in de applicatie geaggregeerde opslag (ASO) of blokopslag (BSO) gebruiken.

Outline Type

  • Unique
  • Duplicate

Dit is een database-eigenschap.

  • Uniek: onderdeelnamen in de structuur moeten uniek zijn.
  • Dubbel: dubbele onderdeelnamen zijn toegestaan in de structuur.

Aggregate missing values

  • Yes
  • No

Dit is een database-eigenschap.

Hiermee wordt gedefinieerd of ontbrekende (#MISSING) waarden worden geaggregeerd tijdens een berekening van een kubus.

Create blocks on equations

  • Yes
  • No

Dit is een database-eigenschap.

Als u 'Ja' invoert, wordt er een gegevensblok gemaakt wanneer u een niet-constante waarde toewijst aan een onderdeelcombinatie waarvoor geen gegevensblok bestaat. Wanneer u 'Ja' invoert, wordt er mogelijk een zeer grote kubus gemaakt.

Soms is het niet gewenst dat er nieuwe blokken wordt gemaakt, bijvoorbeeld als deze geen andere waarden bevatten. In grote databases kan het maken en verwerken van onnodige blokken leiden tot langere verwerkingstijd en meer opslagvereisten.

Voor een meer specifieke controle kunt u de rekenopdracht SET CREATEBLOCKONEQ binnen een berekeningsscript zodanig instellen dat het maken van blokken wordt bepaald wanneer in het script de opdracht aan bod is. Zie de berekeningsopdracht SET CREATEBLOCKONEQ.

Two-Pass calculation

  • Yes
  • No

Dit is een database-eigenschap.

Als u 'Ja' invoert, worden na een standaardberekening onderdelen met de tag 'tweegangs' opnieuw berekend, waarbij de aggregatieresultaten van de eerste berekening worden overschreven. De tag 'tweegangs' is geldig voor onderdelen van de dimensie met de tag 'Accounts' en voor onderdelen van de dimensies 'Dynamische berekeningen' en 'Dynamische berekeningen en opslag' van elke dimensie.

Date Format

De volgende datumnotaties worden ondersteund in applicatiewerkmappen:

  • maand dd jjjj
  • mm/dd/jj
  • jjjj-mm-dd
  • mnd dd jjjj
  • jj.mm.dd
  • dd.mm.jj
  • mm-dd-jj
  • mm/dd/jjjj
  • dd/mm/jj
  • dd-mm-jj
  • dd maand jj
  • maand dd, jj
  • mnd dd,jj
  • dd mnd jjjj
  • jj/mm/dd
  • dd maand jjjj
  • jjjj/mm/dd
  • dd-mnd-jj
  • dd mnd jj

Dit is een database-eigenschap.

Door datummeeteenheden worden celwaarden in de vorm van een opgemaakte datum geactiveerd. De datumwaarden worden intern opgeslagen als numerieke waarden, maar u moet ze in Essbase laden als tekenreeksen met een datumnotatie. Als de query wordt uitgevoerd, worden datummetingen getoond in de geselecteerde datumnotatie.

Implied Share

  • Afgedwongen aan
  • Afgedwongen uit

Als u 'Afgedwongen aan' selecteert, wordt het bovenliggende item gezien als impliciet onderdeel als er slechts één onderliggend item is of als er slechts één onderliggend item is dat consolideert naar het bovenliggende item.

Als u 'Afgedwongen uit' selecteert, gebruikt Essbase nooit impliciete onderdelen. Dit is het standaardgedrag.

Scenario Sandboxes

  • 0
  • Een positief geheel getal kleiner dan 1000

Met deze waarde wordt gedefinieerd of de kubus een sandboxdimensie bevat voor het maken van scenario's van de gegevens, en wordt het aantal sandboxonderdelen binnen de sandboxdimensie aangegeven. Een waarde 0 geeft aan dat er geen sandboxdimensie is.

De sectie 'Eigenschappen' op het werkblad 'Cube.Settings' kunt u wijzigen in het ontwerperpaneel. Zie voor meer informatie: Werken met het werkblad 'Cube.Settings': Eigenschappen in Cube Designer.

Werkblad Cube.Settings: Dynamische tijdreeks: Uitleg

Tabel A-3 Sectie Dynamische tijdreeks van het werkblad Cube.Settings

Eigenschap of veld Geldige waarden Beschrijving

G-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Geschiedenis tot heden

J-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Jaar tot heden

S-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Seizoen tot heden

P-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Periode tot heden

K-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Kwartaal tot heden

M-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Maand tot heden

W-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Week tot heden

D-T-H

Geheel getal dat het generatienummer aangeeft

Dag tot heden

U kunt de sectie 'Dynamische tijdreeksen' wijzigen op het werkblad 'Cube.Settings' in het ontwerperpaneel. Zie voor meer informatie: Werken met het werkblad 'Cube.Settings: Dynamische tijdreeks' in Cube Designer.

Zie voor meer informatie: Onderdelen van dynamische tijdreeks gebruiken.

Werkblad Cube.Settings: Kenmerkinstellingen: Uitleg

In de volgende tabel ziet u de velden, waarden en beschrijvingen voor de sectie 'Kenmerkinstellingen' van het werkblad 'Cube.Settings':

Tabel A-4 Kenmerkinstellingen

Eigenschap of veld Geldige waarden Beschrijving

Dimension Name

Default: Attributes Calculation

Om dubbele namen in een structuur te voorkomen, kunt u de namen van onderdelen van de dimensie 'Kenmerkberekeningen' wijzigen. Welke naam u een onderdeel ook geeft, de functie van het onderdeel blijft dezelfde. Het onderdeel 'Opgeteld' berekent altijd een som, welke naam u het ook geeft.

Zie voor meer informatie: De onderdeelnamen van de dimensie 'Kenmerkberekeningen' wijzigen.

Sum Member

Default: Sum

Dit is een onderdeel van de dimensie 'Kenmerkberekeningen'. De naam die moet worden gebruikt bij het aanvragen van opgetelde gegevens.

Count Member

Default: Count

Dit is een onderdeel van de dimensie 'Kenmerkberekeningen'. De naam die moet worden gebruikt bij het aanvragen van tellingsgegevens.

Minimum Member

Default: Min

Dit is een onderdeel van de dimensie 'Kenmerkberekeningen'. De naam die moet worden gebruikt bij het aanvragen van minimumgegevens.

Maximum Member

Default: Max

Dit is een onderdeel van de dimensie 'Kenmerkberekeningen'. De naam die moet worden gebruikt bij het aanvragen van maximumgegevens.

Average Member

Default: Avg

Dit is een onderdeel van de dimensie 'Kenmerkberekeningen'. De naam die moet worden gebruikt bij het aanvragen van gemiddeldegegevens.

False Member

Default: False

De initiële namen van Boole-onderdelen in een kubus zijn ingesteld als 'Waar' en 'Niet waar'.

Zie voor meer informatie: Onderdeelnamen met Boole-kenmerk instellen.

True Member

Default: True

De initiële namen van Boole-onderdelen in een kubus zijn ingesteld als 'Waar' en 'Niet waar'.

Zie Onderdeelnamen met Boole-kenmerk instellen voor meer informatie.

Prefix/Suffix Value

  • None
  • Dimension
  • Parent
  • Grandparent
  • Ancestors

Zie Prefix- en suffixnotaties voor onderdeelnamen van kenmerkdimensies voor meer informatie.

Prefix/Suffix Format

  • Prefix
  • Suffix

U kunt unieke namen definiëren door een prefix of suffix toe te voegen aan onderdeelnamen in Boole-, datum- en numerieke kenmerkdimensies in de structuur.

Zie Prefix- en suffixnotaties voor onderdeelnamen van kenmerkdimensies voor meer informatie.

Prefix/Suffix Separator

  • _ Onderstrepingsteken
  • | Sluisteken
  • ^ Caret-teken (circumflexus)

U kunt unieke namen definiëren door een prefix of suffix toe te voegen aan onderdeelnamen in Boole-, datum- en numerieke kenmerkdimensies in de structuur.

Selecteer een scheidingsteken (om tussen het prefix of suffix en de oorspronkelijke naam te plaatsen): onderstrepingsteken ( _ ), sluisteken ( | ) of caret-teken ( ^ ).

Attribute Numeric Ranges

  • Tops of ranges
  • Bottoms of ranges

Zie Onderdeelnamen instellen die bereikwaarden vertegenwoordigen voor meer informatie.

Date Member

  • Maand eerst (mm-dd-jjjj)
  • Dag eerst (dd-mm-jjjj)

U kunt de notatie van onderdelen van datumkenmerkdimensies wijzigen. Zie De onderdeelnamen in datumkenmerkdimensies wijzigen voor meer informatie.

De sectie 'Kenmerkinstellingen' op het werkblad 'Cube.Settings' kunt u wijzigen in het ontwerperpaneel. Zie Werken met het werkblad 'Cube.Settings': Kenmerkinstellingen in Cube Designer voor meer informatie.

Werkblad Cube.Settings: Vervangingsvariabelen: Uitleg

Vervangingsvariabelen dienen als algemene plaatsaanduidingen voor gegevens die regelmatig worden gewijzigd. U maakt de variabele en een bijbehorende stringwaarde. Deze waarde kan dan op elk gewenst moment worden gewijzigd.

Een vervangingsvariabele kan in een zoekvraag- of berekeningsscript worden gebruikt om een onderdeel in de structuur aan te duiden. Standaard zijn voor een kubus geen vervangingsvariabelen gedefinieerd.

Er is geen optie waarmee u vervangingsvariabelen kunt toevoegen in het ontwerperpaneel. U kunt vervangingsvariabelen echter wel rechtstreeks aan het applicatiewerkboek toevoegen.

  1. Maak een nieuwe rij in de sectie 'Vervangingsvariabelen' van het werkblad 'Cube.Settings'.
  2. Voer de naam van de variabele in kolom A en de bijbehorende waarde in kolom B in, waarbij u de waarde tussen aanhalingstekens plaatst als deze de naam van een lid vertegenwoordigt.

    Voorbeeld:

    CurrMonth "Jan"

Zie voor meer informatie: Vervangingsvariabelen gebruiken.