In specifieke gebieden kan een status worden overschreven.
U kunt op veel plaatsen binnen een scorecard met statusoverschrijvingen werken, onder andere in:
Watchlijsten
Zie Werken met toelichtingen in watchlijsten voor aanvullende informatie
Het tabblad 'Diagram' van een weergave
Zie Werken met statusoverschrijvingen in het tabblad Diagram van een weergave voor aanvullende informatie.
Denk er terwijl u met statusoverschrijvingen werkt aan dat een statusoverschrijving aan een specifiek point-of-view is gekoppeld. Zie Het point-of-viewgebied voor aanvullende informatie.
Tip:
Voordat u een status overschrijft, moet u ervoor zorgen dat de bedrijfseigenaar is ingesteld voor het prestatiekengetal, het initiatief of de doelstelling. Zie Prestatiekengetallen maken voor aanvullende informatie over het toevoegen van een bedrijfseigenaar aan een prestatiekengetal.Zie Statusoverschrijvingen voor aanvullende informatie over statusoverschrijvingen.
Door statusoverschrijvingen te onderhouden zorgt u ervoor dat ze correct worden toegepast.
In een watchlijst kunt u statusoverschrijvingen en overschrijvingsannuleringen bekijken die eerder zijn toegepast, en nieuwe overschrijvingen en overschrijvingsannuleringen toepassen op de initiatieven of doelstellingen en prestatiekengetallen in de watchlijst.
Ga als volgt te werk om te werken met statusoverschrijvingen in een watchlijst:
Open of bewerk de scorecard. Zie Scorecards openen en bewerken voor aanvullende informatie.
Open het object waarin u met statusoverschrijvingen wilt werken en navigeer naar het juiste deelvenster of tabblad. Zie Scorecardobjecten openen voor meer informatie over het openen van een object.
Controleer of de waarden die in het point-of-viewgebied worden weergegeven de gewenste context voor de statusoverschrijving aangeven. (Bijvoorbeeld: u wilt de status van een prestatiekengetal voor de oostelijke regio overschrijven.)
Ga als volgt te werk om een status te overschrijven of een overschrijving te annuleren:
Klik met de rechtermuisknop in de watchlijst op de cel Status waarin u de status wilt overschrijven of een overschrijving wilt annuleren, en selecteer Status overschrijven. Het dialoogvenster Status overschrijven wordt weergegeven.
Vul het dialoogvenster Status overschrijven in en klik op OK.
Voor het bekijken van statusoverschrijvingen of overschrijvingsannuleringen die eerder op een object zijn toegepast, houdt u de muisaanwijzer boven het rode sterretje rechts van het statussymbool.
Het venster Status wordt weergegeven. Vanuit dit venster kunt u het volgende doen:
Statusoverschrijvingen of overschrijvingsannuleringen bekijken die eerder zijn toegepast.
Open het dialoogvenster Status overschrijven om een nieuwe overschrijving toe te passen of een overschrijving te annuleren door op Nieuwe overschrijving te klikken.
Het venster zo vastzetten dat het geopend blijft door te klikken op de knop Vastzetten.
Statusoverschrijvingen kunnen lagen bevatten om ervoor te zorgen dat er een status wordt weergegeven ongeacht de oorspronkelijke status.
Op het tabblad Diagram van een weergave kunt u statusoverschrijvingen en overschrijvingsannuleringen bekijken die eerder zijn toegepast. Ook kunt u hier nieuwe statusoverschrijvingen en overschrijvingsannuleringen toepassen op doelstellingen en prestatiekengetallen die worden getoond in de weergave. Bijvoorbeeld: u kunt werken met statusoverschrijvingen op het tabblad Diagram van het tabblad 'Strategiestructuur'.
Werken met statusoverschrijvingen in het tabblad Diagram van een weergave:
Open of bewerk de scorecard. Zie Scorecards openen en bewerken voor aanvullende informatie.
Open de weergave waarin u met statusoverschrijvingen wilt werken en navigeer naar het tabblad Diagram. Zie Scorecardobjecten openen voor meer informatie over het openen van een object.
Controleer of de waarden die in het point-of-viewgebied worden weergegeven de gewenste context voor de statusoverschrijving aangeven. (Bijvoorbeeld: u wilt de status van een prestatiekengetal voor de oostelijke regio overschrijven.)
Ga als volgt te werk om een nieuwe statusoverschrijving toe te passen:
Klik op de knop Opties aan de rechterzijde van de node waaraan u de status wilt toevoegen en selecteer Status overschrijven in het menu 'Nodeopties'. Het dialoogvenster Status overschrijven wordt weergegeven.
Vul het dialoogvenster Status overschrijven in en klik op OK.
Voor het bekijken van statusoverschrijvingen die eerder op een object zijn toegepast, houdt u de muisaanwijzer boven het rode sterretje rechts van het statussymbool.
Het venster Status wordt weergegeven. Vanuit dit venster kunt u het volgende doen:
Statusoverschrijvingen bekijken die eerder zijn toegepast.
Open het dialoogvenster Status overschrijven om een nieuwe overschrijving toe te passen door op Nieuwe overschrijving te klikken.
Het venster zo vastzetten dat het geopend blijft door te klikken op de knop Vastzetten.