Een vastleggingsprofiel toevoegen of bewerken

Ga als volgt te werk om een vastleggingsprofiel toe te voegen of te bewerken:

  1. Selecteer de procedure in het deelvenster 'Procedures' aan de linkerkant.

    De configuratiepagina's voor de geselecteerde procedure worden rechts weergegeven.

  2. Open het tabblad Vastleggen.

  3. Klik in de tabel Vastleggingsprofielen op Een vastleggingsprofiel toevoegen, of selecteer een vastleggingsprofiel en klik op Een vastleggingsprofiel bewerken.

    U kunt een vastleggingsprofiel ook kopiëren door het te selecteren, op Vastleggingsprofiel kopiëren te klikken en een nieuwe naam in te voeren wanneer daarom wordt gevraagd. Door een vastleggingsprofiel te kopiëren, kunt u het snel dupliceren en wijzigen.

  4. Voltooi de instellingen op de pagina 'Algemene instellingen'.

    1. Typ een naam in het veld Naam vastleggingsprofiel.

    2. Controleer of het selectievakje Online is ingeschakeld. Als een vastleggingsprofiel online is, wordt het uitgevoerd wanneer een batch voor de procedure wordt verwerkt door de vastleggingsprocessor.

    3. Selecteer in het veld Bestemming de waarde Documentenmap, Activumrepository of Bedrijfsrepository.
      • Als uw inhoud moet worden vastgelegd in de vorm van documenten in Oracle Content Management, kunt u Documentenmap selecteren.
      • Selecteer Activumrepository als uw inhoud moet worden ingecheckt in de vorm van activa van verschillende typen die worden ondersteund in Oracle Content Management en worden geconfigureerd voor uw repository.
      • Selecteer echter Bedrijfsrepository als u uw inhoudactiva alleen wilt opslaan, zonder dat deze in aanmerking komen voor lokalisatie, publicatie en bezorging.

    4. Geef in het veld Policy voor foutafhandeling aan wat er moet gebeuren als er een fout wordt gevonden in een of meer documenten in de batch die wordt vastgelegd. Zie Afhandeling van vastleggingsfouten in Vastleggingsverwerking voor meer informatie.

    5. Selecteer in het veld Vastleggen beperken tot documentprofielen een of meer documentprofielen om het vastleggingsprofiel te beperken tot alleen documenten die aan deze documentprofielen zijn toegewezen. Zie voor meer informatie: Vastleggingsprofielen beperken op basis van documentprofiel.

      Opmerking:

      Dit veld is alleen beschikbaar voor de bestemming Documentenmap.

    6. Selecteer de standaarddatumnotatie en de standaardlandinstelling.

  5. Voltooi de specifieke driverinstellingen op de pagina 'Driverinstellingen vastleggen'. Zie voor meer informatie: Instellingen voor de vastleggingsdriver 'Documentenmap' configureren.

  6. Voer op de pagina 'Naverwerking' het e-mailadres in waarnaar systeemfouten moeten worden gerapporteerd.

  7. Klik op Versturen om het vastleggingsprofiel op te slaan.

  8. Configureer hoe batches naar de vastleggingsprocessor stromen. Zie voor meer informatie: Batchstromen naar de vastleggingsprocessor configureren.

  9. Activeer het vastleggingsprofiel en specificeer de uitvoeringsvolgorde.

    Alle online-vastleggingsprofielen worden verwerkt in de volgorde waarin ze op het tabblad Vastleggen worden weergegeven. Zie voor meer informatie: Vastleggingsprofielen activeren en de volgorde wijzigen.

  10. Test het vastleggingsprofiel door een batch vast te leggen (bijvoorbeeld vanaf de client). Zoek en bekijk het document in de repository of locatie die in het vastleggingsprofiel is opgegeven.