Het manifestbestand maken en opslaan

Office 365 maakt gebruik van het manifestbestand van Oracle Smart View for Office (Mac and Browser) om gebruikers toegang te geven tot Smart View op een Mac of in een browser.

1. Maak een map op uw lokale station voor de opslag van manifestbestanden.
2. Log in bij uw cloudomgeving, bijvoorbeeld:
   • Als u Oracle Enterprise Performance Management Cloud servicebeheerder bent voor Planning, log dan in bij uw Planning omgeving.
   • Als u Oracle Essbase beheerder bent, log dan in bij uw Essbase omgeving.
3. Als u bent ingelogd, gaat u naar de pagina Manifestbestand maken, CreateManifest.html, door de bedrijfsproces-URL als volgt handmatig te wijzigen:

   Voor Enterprise Performance Management Cloud omgevingen:

   https://serviceURL/HyperionPlanning/CreateManifest.html

   Voor Essbase omgevingen:

   https://serviceURL/essbase/sv/CreateManifest.html

   Note:

   Als uw browsertaal is ingesteld op een van de 27 niet-Engelse talen die door de Smart View gebruikersinterface worden ondersteund, wordt de pagina Manifestbestand maken weergegeven in die gelokaliseerde taal. Zie Gelokaliseerde versies van Smart View (Mac and Browser) opgeven voor meer informatie.

   Zie Figure 3-1 in Over het manifestbestand voor een voorbeeld van de pagina Manifestbestand maken.

4. Voer in Domein-URL de vereiste URL's in en klik vervolgens op Toevoegen.

   Voeg URL's voor applicatie-inlogdomeinen toe in de volgende scenario's:

   • De omgeving maakt gebruik van meerdere applicatie-inlogdomeinen.

     In dit voorbeeld verschijnen drie domein-URL's in de lijst Applicatiedomeinen: de standaardinlog-URL (<domainURL_default>) staat boven aan de lijst; de aanvullende inlog-URL's (<domainURL_2> en <domainURL_3>) staan onder de standaardinlog-URL vermeld:

     
     
     
   • U bevindt zich in een OCI-omgeving met Oracle Identity Cloud Service (IDCS)

     In dit scenario voegt u de IDCS-URL als een domein-URL toe met behulp van de volgende syntaxis:

     https://idcs-<instanceID>.identity.oraclecloud.com

     In het volgende voorbeeld verschijnen drie domein-URL's in de lijst Applicatiedomeinen: de standaardinlog-URL (<domainURL_default>) staat boven aan de lijst; de aanvullende inlog-URL's (<domainURL_2> en de IDCS-URL (idcs-<instanceID>) staan onder de standaardinlog-URL vermeld:

     
     
     

   De URL's worden toegevoegd aan de lijst Applicatiedomeinen.

   De domein-URL waarmee u de pagina Manifestbestand maken hebt geopend, is al standaard toegevoegd aan Applicatiedomeinen.

   Note:

   Zie Werken met meerdere inlogdomeinen voor meer informatie over meerdere inlogdomeinen.

   Tip:

   Voor de juiste syntaxis van de domein-URL logt u in bij de gewenste cloudservice, kopieert u de URL en plakt u deze in het veld Domein-URL. Klik vervolgens op Toevoegen.

   Voeg alle inlogdomeinen toe die in uw omgeving worden gebruikt. Als er na het sideloaden of implementeren van de Smart View invoegapplicatie toegang wordt verkregen tot een domein (URL) dat niet in het manifestbestand is gedefinieerd, wordt deze URL door Excel in de browser gestart en mislukt het laden. Dit betekent dat u dat domein moet toevoegen aan het manifest en dat u het manifestbestand opnieuw moet genereren en vervolgens sideloaden of implementeren.

5. Pas het manifestbestand op de volgende manieren aan uw voorkeuren aan.

   • Wijzig de naam van het linttabblad 'Smart View', zoals beschreven in De naam van het linttabblad 'Smart View' wijzigen.

   • Voeg opdrachten aan het snelmenu toe, zoals beschreven in Opdrachten toevoegen aan het snelmenu.

   • Selecteer aanvullende talen, zoals beschreven in Gelokaliseerde versies van Smart View (Mac and Browser) opgeven.

   • Activeer ondersteuning voor functies, zoals beschreven in Functieondersteuning en Functiebuilder activeren.

   • Activeer extensies in Smart View, zoals beschreven in Extensies activeren in Smart View (Mac and Browser).

   U kunt eventueel de volgende onderwerpen bekijken:

   • Genereer een unieke ID voor het manifestbestand voor gebruik in een scenario met meerdere manifesten, zoals beschreven in Werken met meerde manifestbestanden.

   • Gebruik opnieuw een bestaand manifestbestand, zoals beschreven in Een eerder opgeslagen manifestbestand opnieuw gebruiken.

6. Controleer en voltooi de wijzigingen aan het manifest en klik vervolgens op Manifest maken.

   Voer bij de prompt een naam in voor het manifestbestand en kies een opslaglocatie.

   Note:

   Gebruik geen spaties in de naam van het manifestbestand.

   Het manifestbestand wordt standaard opgeslagen op de locatie die u als downloadlocatie voor uw browser hebt opgegeven. Dit is doorgaans de map Downloads.

7. Verplaats het manifestbestand dat u zojuist hebt gemaakt van Downloads naar de map die u eerder hebt gemaakt voor de opslag van manifestbestanden.
8. Ga door met Sideloaden en inloggen om te testen alvorens te implementeren. Voltooi vervolgens het implementatieproces met Het manifestbestand implementeren voor Office 365-gebruikers.